De spoorlijn Zwolle – Kampen is de kortste spoorverbinding van Nederland en bovendien van 1969 tot 2017 het enige traject zonder stations tussen begin- en eindpunt. De spoorlijn is oorspronkelijk onderdeel van de Centraalspoorweg Utrecht – Amersfoort – Zwolle – Kampen. De gemeente Kampen heeft een flink aandeel in de financiering van de spoorlijn en dwingt hiermee af dat alle treinen vanuit Utrecht doorrijden naar Kampen. Hierbij moet in Zwolle kop gemaakt worden. In mei 1865 neemt de NCS het traject tussen Zwolle en Kampen als laatste deel van de Centraalspoorweg in gebruik. In 1890 nemen de Staatsspoorwegen de verbinding over. Twee jaar later komt na lang onderhandelen een eind aan de rechtstreekse treindienst tussen Utrecht en Kampen. Ter compensatie rijden de Staatsspoorwegen voortaan een intensieve pendeldienst tussen Zwolle en Kampen. De kilometrering van de spoorlijn is nooit aangepast en vormt zo nog een herinnering aan de rechtstreekse verbinding met Utrecht.
Nadat in 1903 de spoorlijn Utrecht – Zwolle volledig dubbelsporig is, ontstaan tien jaar later ook plannen om het traject Zwolle – Kampen van een tweede spoor te voorzien. Ook wanneer de Centraalspoorweg begin jaren 1950 wordt geëlektrificeerd, zijn er plannen ook het Kamperlijntje te elektrificeren. Van beide plannen komt echter niets terecht.
In de jaren 1950 neemt het goederenvervoer op de verbinding aanzienlijk toe door de aanvoer van bouwmaterialen en landbouwvoertuigen voor de Noordoostpolder en de afvoer van vlas uit diezelfde polder. In de jaren 1960 is het emplacement in Kampen dan ook aanzienlijk uitgebreid. In de jaren 1980 en 1990 neemt het goederenvervoer op de verbinding weer geleidelijk af. In 1997 staakt NS het goederenvervoer op het Kamperlijntje.
Tegelijkertijd met de ontwikkeling van de Hanzelijn tussen Zwolle en Lelystad en de geplande halte bij Kampen aan deze verbinding, ontstaan er plannen om het Kamperlijntje om te bouwen tot geëlektrificeerde tramlijn. Belangrijke reden is dat de dertien kilometer lange lijn met slechts één treindienst niet aantrekkelijk is voor zelfstandige exploitatie. In de plannen wordt de tramlijn dan ook doorgetrokken naar beide binnensteden.
In 2006 is de spoorlijn gedecentraliseerd en wordt de exploitatie in afwachting van de ombouw tot tramlijn aan NS gegund. Drie jaar later maken provincie Overijssel en de betrokken gemeentes de definitieve plannen voor de tramlijn bekend. Hierin zijn onder andere extra haltes en een passeerspoor opgenomen. De eerste tram moet in 2012 gaan rijden.
Intussen is in december 2012 de Hanzelijn in gebruik genomen. Omdat het oude station van Kampen nog in gebruik is, krijgt de nieuwe halte bij Kampen de naam Kampen Zuid. Na twee mislukte aanbestedingsrondes besluit de provincie Overijssel in 2013 definitief af te zien van een tramlijn en het Kamperlijntje alsnog te elektrificeren. De spoorlijn is hierbij grotendeels vernieuwd en geschikt gemaakt voor een baanvaksnelheid van 140 km/u. Bij de Zwolse wijk Stadshagen komt een nieuwe halte en in Kampen is de lijn enkele tientallen meters ingekort om ruimte te maken bij het stationsgebouw.
Terwijl de voorbereidende werkzaamheden al plaatsvinden, is in januari 2017 het officiële startsein voor de elektrificatie gegeven. In december dat jaar zijn de werkzaamheden gereed en neemt Keolis de treindienst op het traject over. Door de slechte bodemgesteldheid kunnen de geplande rijtijden niet gehaald worden en is de opening van de halte Zwolle Stadshagen tot nader order uitgesteld. In juni 2019 is de halte bij wijze van proef twee weken in gebruik. Hierna is het baanvak aangepast om Zwolle Stadshagen alsnog in de dienstregeling op te nemen. Hierbij zijn onder andere bij IJsselmuiden een aantal bovenleidingsmasten vervangen door -portalen en is het perron van de voorstadshalte verlengd zodat treinen sneller kunnen binnenrijden. Ook is de beveiliging weer aangepast aan een baanvaksnelheid van 100 km/u. Zwolle Stadshagen is in december 2019 alsnog in de dienstregeling opgenomen.
Dienstregeling
In de beginjaren rijdt de NCS dagelijks met enkele treinen tussen Utrecht en Kampen. Vanaf de jaren ’80 van de 19e eeuw nemen de treinen steeds vaker rijtuigen voor Groningen en Leeuwarden mee. Na de overname door de Staatsspoorwegen groeit het aantal rechtstreekse treinen tussen Amsterdam, Rotterdam en Den Haag enerzijds en Groningen en Leeuwarden anderzijds gestaag door en wordt niet langer van elke trein een rijtuig voor Kampen afgekoppeld. In aansluiting op de doorgaande sneltreinen rijden enkele lokaaltreinen. In 1892 is besloten de omslachtige uitvoering van de treindienst definitief te vervangen door een permanente pendeldienst tussen Zwolle en Kampen. De treinen rijden in aansluiting op de doorgaande sneltreinen. Met een frequentie van ruim dertig treinen per dag is het Kamperlijntje dan één van de drukst bereden spoorlijnen van Nederland.
Na de sluiting van de halte Veerallee in juni 1969 voert NS vrijwel een volledige halfuursdienst op de verbinding in. Enkele diensten vallen uit in verband met het goederenvervoer op de enkelsporige verbinding. In 1997 komt een eind aan het goederenvervoer op de spoorlijn worden de gaten in de dienstregeling opgevuld.
Materieelinzet
De eerste decennia rijden alle treinen op het Kamperlijntje uiteraard met stoomtractie. Om de kosten te drukken, zoekt NS begin jaren ’20 naar goedkopere exploitatievormen voor lokaallijnen. De oude hoofdlijn Zwolle – Kampen krijgt in 1923 de primeur met de inzet van benzinemotorrijtuigen van het type omBC. Later gaan ook andere motorrijtuigen op de verbinding rijden.
Vanaf 1951 rijden de vooroorlogse Dieseldrieën op de verbinding. Twee jaar later vervangt NS ze door het nieuwe Plan X-materieel. Na ruim dertig jaar trouwe dienst ist het materieel in de loop van 1985 vervangen door Plan U-treinstellen. Twee jaar later keren de DE 2-treinstellen terug op de verbinding. In 1997 gaan de meeste DE 2 treinstellen terzijde en nemen Plan U-treinstellen de dienst op het Kamperlijntje weer over. Een jaar later laat NS het nieuwe Dieselmaterieel ’90 op de verbinding rijden. Van mei 1999 tot september 2001 rijden ook enkele overbodige DH-motorrijtuigen en -treinstellen op de verbinding. De treindienst wordt al dan niet gecombineerd en afgewisseld met het DM’90.
Eind 2006 zijn treinstellen 3403 en 3410 speciaal voor de treindienst op het Kamperlijntje voorzien van teksten op de zijwand en informatieschermen in de trein. Het komt regelmatig voor dat ook andere stellen tussen Zwolle en Kampen rijden. Begin 2014 zijn de stellen vervangen door de opgeknapte 3448 en 3449. Beide stellen hebben een soortgelijke bestickering als hun voorgangers. Anderhalf jaar later bestickert NS alle rijdende DM’90-stellen met de tekst ‘In opdracht van provincie Overijssel’. Hiermee komt een eind aan de speciale stellen voor de Kamperlijn.
In december 2017 neemt Keolis de treindienst tussen Zwolle en Kampen over van NS. De vervoerder rijdt de treinen tussen beide steden met treinstellen van het type FLIRT3.
Terug naar de Centraalspoorweg