Ter vervanging van het stoptreinmaterieel uit de jaren ’60 ontwikkelt NS in de jaren ’80 volledig nieuw stoptreinmaterieel. Diverse omstandigheden zorgen ervoor dat de proefserie van negen treinstellen Stoptreinmaterieel ’90 pas in 1994 in dienst komt. Terwijl vervolgbestellingen uitblijven, raakt het SM’90 al snel gedateerd en laat NS alsnog nieuw stoptreinmaterieel ontwikkelen. In 2005 bestelt de vervoerder de eerste treinstellen van het type Sprinter Lighttrain. De negen stellen SM’90 gaan december dat jaar buiten dienst aangezien onderhoud en inzet van een dergelijke kleine serie relatief duur is. De stellen zijn begin 2007 gesloopt. Eén kop blijft bewaard.

Het reizigermaterieel van de Nederlandse Spoorwegen heeft doorgaans een levensduur van zo’n dertig jaar. Begin jaren ’80 wordt dan ook begonnen met de ontwikkeling van nieuw stoptreinmaterieel ter vervanging van de oudste treinstellen Materieel ’64. Enkele jaren later is het de bedoeling om enkele proefstellen te bouwen en vanaf 1995 met de seriebouw te beginnen. Om in te spelen op de sterk toegenomen reizigersaantallen op te vangen, bestelt NS eerst het DD-AR materieel en de locomotieven van de serie 1700. Beiden zijn gebaseerd op bestaande ontwerpen en zo kunnen in korte tijd veel zitplaatsen worden gecreëerd. In 1990 bestelt NS alsnog een proefserie van negen treinstellen Stoptreinmaterieel ’90. De treinstellen zijn tussen januari en november 1993 afgeleverd. Door gecompliceerde software duurt het enige tijd voordat ze in de reizigersdienst kunnen worden ingezet. Later gaan de stellen ook nog diverse periodes aan de kant en worden proefritten zonder reizigers gereden. Ondertussen geeft NS deze periode de voorkeur aan meer dubbeldeksmaterieel en renoveert al het Materieel ’64. De planning voor de bouw eventuele vervolgseries SM’90 is dan al doorgeschoven naar het jaar 2000.

In het materieel is veel software toegepast. Hierdoor is de bediening van de stellen grotendeels automatisch. Omdat het de bedoeling is het materieel ook gecombineerd met het Materieel ’64 te laten rijden, is de electronica zeer complex. Bij wijze van proef zijn stoelen in de 2105-2109 in de tweede klasse in een 2+3 opstelling geplaatst. Dit is mogelijk door een knik in de zijwand waardoor de stellen 35 centimeter breder zijn dan het andere reizigersmaterieel. De vijf genoemde stellen hebben zo twintig stoelen meer dan de andere vier stellen. Alle negen stellen krijgen aan beide zijden een rolstoellift. Al na enkele jaren is het interieur van de 2105-2109 omgebouwd naar de reguliere 2+2 opstelling.

Over het exterieur is al voor het gereedkomen van de eerste bakken veel te doen. Door verschillende ontwikkelingen is van het oorspronkelijke ontwerp weinig terechtgekomen. Aanvankelijk wordt gedacht aan doorlopend glas over de bakwanden en een gestroomlijnde kop. Uiteindelijk krijgen de stellen conventionele ramen en is de kop vlak en hoekig uitgevoerd. Voor het gelijksoortige Dieselmaterieel ’90 is uiteindelijk wel een gestroomlijnde kop ontworpen.

Nog voor het eerste treinstel in dienst komt, heeft NS al besloten dat het materieel voornamelijk als prototype voor innovatieve systemen voor het toekomstige Dubbeldeks Interregiomaterieel gebruikt gaat worden. Met de treinstellen moet onder andere praktijkervaring worden opgedaan met de elektronica en draaistellen. Diverse toepassingen zijn ook gebruikt bij de ontwikkeling van het Dieselmaterieel ’90.

Ondertussen besluit NS verder te investeren in nieuw dubbeldeksmaterieel. Ook dit materieel zorgt niet tot de voorziene vervanging van het Materieel ’64. Door technologsiche ontwikkelingen zijn de negen Railhoppers al snel gedateerd en komt er geen vervolgserie. Met het oog op de naderende revisietermijn, wordt besloten de gehele serie in 2005 buiten dienst te stellen. In januari en februari 2007 zijn alle treinstellen gesloopt. Het Spoorwegmuseum bewaart één van de koppen van treinstel 2106. De kop is lange tijd in Blerick opgeslagen en verhuist in september 2021 naar de museumwerkplaats van Transit Oost in Winterswijk. Hier krijgt de kop en cabine en daarna een vaste plek in het museum.

De volgende poging om het stoptreinmaterieel uit de jaren ’60 en ’70 te vervangen door nieuw materieel volgt pas in 2008 in de vorm van het nieuwe Sprinter Lighttrain-materieel. Ook na de levering van het laatste stel uit deze serie zijn er nog altijd Plan V-treinstellen in dienst bij NS.

INZET

Het is de bedoeling het nieuwe materieel vanuit het onderhoudsbedrijf Zwolle in te zetten op de trajecten Zwolle – Groningen en Zwolle – Emmen. Tijdens het proefbedrijf, dat in januari 1994 alleen tussen Zwolle en Emmen start, komen veel kinderziektes naar boven. De stellen worden dan ook na ruim drie maanden uit de reizigersdienst teruggetrokken. Vervolgens start tussen Zwolle en Leeuwarden een uitgebreid proefbedrijf zonder reizigers. In de winterdienst 1994/1995 keert het SM’90 voorzichtig terug in de stoptreindienst tussen Zwolle en Emmen. De sneltreinen worden vooralsnog met Materieel ’64 gereden. Met het ingaan van de zomerdienst 1995 gaat NS er vanuit dat de stellen de stoptreinen tussen Zwolle en Emmen blijven rijden en is de dienstregeling van de stoptreinen aanzienlijk versneld. Om dit ook aan het publiek duidelijk te maken krijgen alle negen Railhoppers voorafgaand aan de nieuwe dienstregeling de tekst ‘De (reis)tijden veranderen’ op de zijwanden. Per 3 december 2001 verhuizen de stellen van de stop- naar de sneltreindiensten. Hierdoor zijn minder stellen nodig.

Oktober 1997, augustus 2001 en begin 2003 gaat de complete serie opnieuw voor korte tijd aan de kant vanwege technische mankementen. In hun korte loopbaan zet NS de stellen op geen enkel ander traject in de reizigersdienst in. In december 2005 zijn de Railhoppers op hun stamlijn definitief vervangen door de nieuwste stellen Materieel ’64. Deze stellen zijn speciaal aangepast om de rijtijden op de verbinding te kunnen halen. Om deze versnelling te promoten, zijn ook deze stellen van speciale stickers voorzien. De inzet van het veertig jaar eerder ontwikkelde materieel wordt aangekondigd met de tekst: ‘Vanaf nu is alles anders! Nieuwe dienstregeling Zwolle – Emmen’.