Met de decentralisatie van de regionale spoorlijnen en de komst van nieuwe vervoerders ontstaan verdeeld over het land kleine materieelparkjes. Ondanks dat Arriva inmiddels op een groot deel van de regionale spoorlijnen actief is, blijven de treinen gebonden aan de vaste regio. Tijdens grote evenementen wordt een uitzondering gemaakt en duikt materieel uit andere concessiegebieden op om het materieelpark te versterken. Met de komst van de nieuwe WINK-treinstellen en de achtergebleven reizigersgroei in de noordelijke provincies is de verdeling van het materieelpark van Arriva enigszins scheefgegroeid. Binnenkort krijgt een aantal treinstellen van de vervoerder dan ook voor het eerst semi-permanent een nieuwe standplaats.

In de periode 2006-2013 neemt Arriva bij elke gewonnen concessie een nieuwe reeks GTW-treinstellen in gebruik. Bij de overname van de treindiensten in Limburg neemt de vervoerder bovendien de GTW-treinstellen van Veolia over. Voor de treindienst tussen Almelo en Hardenberg en de spitsdiensten op de Maaslijn neemt Arriva een aantal overbodige treinstellen van het type LINT41 in dienst. De meeste GTW-treinstellen hebben in eerste instantie de rood-witte kleurstelling van de vervoerder. Voor de treindienst op de Vechtdallijnen krijgen de treinstellen direct de blauw-witte huisstijl die later in aangepaste vorm onder de merknaam Blauwnet op alle regionale treinen in Overijssel is toegepast. De Limburgse stellen rijden na overname door Arriva de donkerblauwe huisstijl van de provincie rond. De treinstellen voor de noordelijke diesellijnen krijgen bij hun modernisering rond 2020 een nieuwe turkooizen huisstijl.

Tijdens grote evenementen in één van de regio’s, zoals Koningsdag in Arnhem, Pinkpop, de Nijmeegse Vierdaagse en de Zwarte Cross haalt Arriva regelmatig treinstellen uit andere concessiegebieden om het materieelpark ter plaatse te versterken. Door technische verschillen, kunnen de GTW-treinstellen uit de verschillende concessiegebieden niet gecombineerd in de reizigersdienst rijden. Deze logistieke beperking is waarschijnlijk één van de redenen dat de inzet van treinstellen uit andere concessiegebieden alleen tijdens evenementen is.

Vanaf de tweede helft van 2023 laat de vervoerder voor het eerst stellen uit de noordelijke provincies semi-permanent in andere concessiegebieden rijden. Het materieelpark in de noordelijke provincie is met het oog op de verlenging van de concessie en de verwachte vervoersgroei in 2021 uitgebreid met 18 nieuwe treinstellen van het type WINK. De treinstellen zijn voornamelijk bedoeld voor de frequente sneltreindienst tussen Groningen en Leeuwarden. Door het veranderde reisgedrag tijdens en na de coronaperiode en het personeelstekort rijdt Arriva, net als in andere regio’s, ook in de noordelijke provincies al enkele jaren een beperkte treindienst. Omdat het vervoersaanbod voorlopig laag lijkt te blijven, heeft de vervoerder vooral in de noordelijke provincies nu een overschot aan materieel. In de zomer van 2023 wordt bekend dat Arriva de treindienst tussen Zutphen en Oldenzaal overneemt van Keolis. Mede dankzij het materieeloverschot in andere regio’s, besluit de vervoerder niet de negen LINT-treinstellen van Keolis over te nemen, maar te schuiven met het eigen materieelpark.

Voor de treindienst tussen Zutphen en Oldenzaal laat de vervoerder de zeven opgeknapte LINT-treinstellen, die voornamelijk de spitsdiensten tussen Nijmegen en Venray rijden, in de zomer van 2023 van de Blauwnet-huisstijl voorzien. Dat de treinstellen op de Maaslijn overbodig zijn, blijkt uit het feit dat ze sinds begin juli al niet meer zijn ingezet. Om het materieelpark tussen Zutphen en Oldenzaal te completeren, laat de vervoerder ook twee GTW-treinstellen uit de noordelijke provincies tussen beide steden rijden. Ter compensatie van de zeven LINT-en rijden sinds het eind van de zomer van 2023 twee GTW-treinstellen uit de noordelijke provincies op de Maaslijn. Het duo is vooral nodig omdat ook de vervoersvraag op de Maaslijn de eerste maanden van het nieuwe collegejaar altijd groot is.

Tenslotte introduceert Arriva begin september 2023 tussen Didam en Arnhem Centraal in de ochtendspits een tijdelijke spitstrein. Ook hiervoor wordt een treinstel uit de noordelijke provincies gebruikt. In onderstaand overzicht is de verdeling van het materieelpark van de vervoerder te zien:

huidige situatie: Groningen/Fryslân Arriva Blauwnet Achterhoek-Rivierenland Limburg
LINT41 3 7
GTW 50 14 24 24
FLIRT3 23
WINK 18
eind 2023:
LINT41 10
GTW 45 16 25 26
FLIRT3 23
WINK 18

Op de foto boven dit artikel: Op Koningsdag rijdt Arriva traditioneel met extra en extra lange treinen in de regio Arnhem. Omdat het materieel van Breng, dat op werkdagen eveneens in de regio actief is, op de basis blijft, haalt Arriva elk jaar GTW-treinstellen uit andere concessiegebieden naar Gelderland. In 2022 is het de beurt aan de wel bestickerde maar niet gemoderniseerde treinstellen 348 en 349 uit de noordelijke provincies. De stellen rijden tussen Apeldoorn, Zutphen en Winterswijk zodat de Gelderse stellen de treinen tussen Winterswijk en Arnhem kunnen versterken. Op de foto is de 349 bij Vorden onderweg als stoptrein van Zutphen naar Winterswijk. In 2023 keren stellen uit de noordelijke provincies terug in de Achterhoek, onder andere tussen Zutphen en het Twentse Oldenzaal.