16 mei 2025, update 7 juni 2025
Terwijl het Spoorwegmuseum de eerste decennia amper een materieelcollectie opbouwt, is deze vanaf de jaren 1990 aanzienlijk uitgebreid. Tegenwoordig neemt het museum van vrijwel elke materieelsoort die terzijde gaat een exemplaar op in de collectie. De verzameling is inmiddels zo uitgebreid dat het museum in het voorjaar van 2025 de bezem door de collectie haalt. Dit betekent onder andere dat het museum afstand doet van verschillende elektrische en diesellocomotieven en het stuurstandrijtuig van de eerste generatie Dubbeldeksmaterieel.
Nadat begin jaren 1950 het Utrechtse Maliebaanstation als nieuwe locatie voor het Spoorwegmuseum is aangewezen, breidt het museum de tot dan toe voornamelijk papieren collectie uit met rollend materieel. Zo zijn in de beginjaren zeven stoomlocomotieven op het spoor langs het eerste perron neergezet. In de jaren 1960 volgt onder andere een motorrijtuig van de ZHESM, een Dieseldrie en verschillende trams.
Moeizame uitbreiding van de collectie
Ondanks dat in de daaropvolgende decennia diverse materieelsoorten uit dienst gaan, is de collectie van het Spoorwegmuseum maar mondjesmaat aangevuld. Veel laatste exemplaren van karakteristieke materieeltypes als Materieel ’36-treinstel 252 en E-loc 1010 blijven juist door andere organisaties als Stibans alsnog bewaard.
Vooral vanaf de jaren 1990 breidt het Spoorwegmuseum de eigen materieelcollectie weer verder uit. Zo zijn hondekop-treinstel 386 en diverse elektrische locomotieven uit de jaren 1950 in de collectie opgenomen. Ook neemt het museum vrijwel al het historische NS-materieel van Stibans over. De verzamelde trams gaan intussen over naar andere museumorganisaties.
Dankzij de herinrichting van het museumterrein en de verhuizing van het depot van Amersfoort naar Blerick ontstaat na de eeuwwisseling meer ruimte voor de collectie en belandt van elke materieelsoort die terzijde gaat standaard een exemplaar in het museum.
Voorjaarsschoonmaak
De materieelcollectie is inmiddels zo uitgebreid dat het museum in het voorjaar van 2025 start met een reorganisatie. Dit betekent onder andere dat een aantal locomotieven en rijtuigen waarvan meerdere soortgelijke exemplaren aanwezig zijn, als schenking worden aangeboden aan andere museumorganisaties.
Eén van de opvallendste rijtuigen waar het museum afstand van doet, is het unieke stuurstandrijtuig van de eerste generatie Dubbeldeksmaterieel. Daarnaast wil het museum onder andere ook van E-locs 1312 en 1656, Plan U-treinstel 114, DE-locs 512 en 2264, één van de vier locomotoren, de ongevallenkraan, het DD-AR-rijtuig, een slaaprijtuig en enkele goederenwagons af.
Naast een deel van de materieelcollectie, biedt het museum onder andere ook boeken, kleine objecten en (voornamelijk buitenlandse) prenten en affiches aan.
Herplaatst materieel
Een deel van het aangeboden materieel heeft op moment van schrijven al een nieuwe eigenaar gevonden. Zo gaat E-loc 1656 over naar Stichting KLOK en wordt de 2264 een statisch object bij de SGB. Plan U-treinstel 114 gaat over naar de SHM die het treinstel op termijn wil inzetten voor historische ritten tussen Hoorn en Enkhuizen.
In de Afstotingsdatabase is de complete lijst van collectiestukken te zien waar het Spoorwegmuseum in het voorjaar van 2025 afstand van doet. De database van de Museumvereniging geeft een overzicht van objecten die musea willen afstoten en bevordert de roulatie van overtollige museale objecten. Dit voorkomt dat belangrijk erfgoed verdwijnt uit openbaar toegankelijke collecties.
Op de foto boven dit artikel staat DDM 1-stuurstandrijtuig 50 84 26-37 108 op 29 mei 2023 nog op het buitenterrein van het Spoorwegmuseum. Twee jaar later biedt het museum het unieke rijtuig ter overname aan.