14 februari 2025

Eind 2024 wordt bekend dat ProRail het grote spoorwegemplacement in Roosendaal drastisch gaat veranderen. Onderdeel van de verbouwing is de aanleg van een opstelterrein tussen het station en de monumentale locomotiefloods. De spoorwegaansluiting naar de loods zou hierbij verloren gaan. In februari 2025 wordt bekend dat de nieuwe eigenaar, Brouwer Technology en de gemeente Roosendaal overeenstemming hebben bereikt om de locomotiefloods via de achterzijde van het gebouw alsnog op het spoor aan te sluiten.

Roosendaal is al in 1854 aangesloten op het spoorwegnet. De daaropvolgende decennia groeit het station uit tot een belangrijk internationaal spoorwegknooppunt. Vlak na de eeuwwisseling is zo’n halve kilometer ten noorden van het oude station een compleet nieuw stationsemplacement aangelegd. Behalve een stationsgebouw komen op en langs het bijna vijftig sporen tellende emplacement over een lengte van zo’n drie kilometer een douaneloods, een goederenloods, diverse laad- en losplaatsen en vijf seinhuizen. Ook staan er maar liefst drie locomotiefloodsen. Twee voor de Staatsspoorwegen en één voor de HSM.

Monumentale Locomotiefloods blijft bewaard

Na oorlogsschade en het einde van het stoomtijdperk zijn twee van de drie locomotiefloodsen gesloopt. De laatste loods blijft bij NS in gebruik als wagenwerkplaats. Het gebouw bestaat uit een hoge locomotiefloods met een laag werkplaatsgedeelte. De locomotiefloods telt zes sporen met een lengte van 60 meter en is hiermee één van de grootste in Nederland. De aangebouwde werkplaats biedt ruimte aan twee sporen en is 85 meter lang. Ook dit deel van het gebouw bestaat uit een staalconstructie, opgevuld met baksteen en glas. Na een kleine uitbreiding in 1931 blijft het gebouw nagenoeg in originele staat bewaard.

In 1979 sluit NS de wagenwerkplaats en zijn er plannen het gebouw te slopen om ruimte te maken voor een nieuw expeditieknooppunt van de PTT. Al snel blijkt dat NS het gebouw wegens ruimtegebrek in de andere werkplaatsen nog niet kan missen. Het expeditieknooppunt komt uiteindelijk aan de zuidzijde van het emplacement.

Begin jaren 1980 neemt NS de oude locomotiefloods weer in gebruik als hulpwerkplaats. NS gebruikt de werkplaats onder andere voor het verwijderen van asbest uit oudere treinsteltypes. Ook wordt afgevoerd materieel hier ontdaan van bruikbare onderdelen.

In mei 1994 sluit NS de werkplaats definitief. Om de sloop van het compleet vervallen gebouw te voorkomen, benoemt de gemeente het tot gemeentelijk monument. In 2002 krijgt het gebouw, samen met de andere bewaarde bouwwerken van het stationscomplex uit 1907 de status van Rijksmonument.

Van BOEi naar Brouwer

In 2008 wordt de Nationale Maatschappij tot Behoud, Ontwikkeling en Exploitatie van Industrieel Erfgoed, kortweg BOEi, eigenaar van de voormalige locomotiefloods en is het gebouw grondig opgeknapt. Terwijl de buitenzijde zoveel mogelijk in historische staat is hersteld, is binnen de muren van het monumentale gebouw een moderne werkplaats gecreëerd.

In 2013 is het voormalige seinhuis B van het stationsemplacement naar het terrein bij de locomotiefloods overgebracht. Sinds dat jaar huurt Railpark Roosendaal de voormalige locomotiefloods als werkplaats voor railvoertuigen. Zo onderhoudt Spoorijzer hier een aantal jaar goederenmaterieel en zijn verschillende museumtreinen in werkplaats gerestaureerd.

In 2022 gaat Railpark Roosendaal failliet. Niet lang daarna neemt Brouwer Technology de huur van de monumentale loods over. Het bedrijf onderhoudt en moderniseert hier onder andere het materieelpark dat Keolis op de Kippenlijn heeft rijden.

Terwijl al jarenlang geruchten gaan, maakt ProRail eind 2024 de plannen voor het uitgestrekte Roosendaalse emplacement bekend. Hierbij verdwijnt een groot deel van de sporen die direct bij het station liggen om ruimte te maken voor woningbouw. Ter compensatie komen er nieuwe goederensporen en wordt tussen het station en de locomotiefloods een compleet nieuw opstelterrein aangelegd. Voor de aanleg van de nieuwe sporen neemt ProRail in februari 2025 de zogenaamde erfpachtgronden rondom de monumentale loods, inclusief het eerder verplaatste seinhuis over van BOEi. Brouwer Technology neemt tegelijkertijd de locomotiefloods over van de organisatie.

Voortaan via de achterdeur

Door de plannen van ProRail verdwijnt de spoorwegaansluiting naar de monumentale locomotiefloods en zou de oorspronkelijke functie van het gebouw definitief verloren gaan. Brouwer Technology, BOEi en de Gemeente Roosendaal maken op 13 februari 2025 echter bekend dat de loods via het zogenaamde Borchwerfspoor van de gemeente aan de achterzijde wordt aangesloten. Zo blijft het gebouw ook na de grootschalige verbouwing van het emplacement, weliswaar via de achterdeur, per spoor bereikbaar.

Het is nog niet duidelijk of alle zes de sporen bereikbaar blijven en in hoeverre de sporen voor de iconische geel-zwarte deuren blijven liggen.

De monumentale locomotiefloods heeft veel historisch spoorwegmaterieel zien komen en gaan. Zo is het gebouw in de jaren 1980 en 1990 onder andere in gebruik als opslagruimte van het Spoorwegmuseum en Stibans. Ook is hier museummaterieel opgeknapt voor de festiviteiten rondom het 150-jarig bestaan van de spoorwegen in Nederland in 1989. Verschillende museumverenigingen als Stichting Hondekop en de 2454 Crew voeren in de loods jarenlang onderhoud aan hun materieelpark uit.

Lees ook het bericht op de website van de gemeente Roosendaal

Hierboven de huidige situatie rondom de Roosendaalse locomotiefloods. De twee sporen van de lage werkplaats en de twee oostelijke sporen van de hoge locomotiefloods lopen al door tot voorbij de achterzijde van het gebouw. In de toekomst worden één of meer van deze sporen op het gemeentespoor, ook bekend als Borchwerfspoor, aangesloten.

Op de foto boven dit artikel: Tijdens Open Monumentendag 2021 vindt een line-up van voormalige NS-diesellocomotieven aan de voorzijde van de monumentale loods plaats. Van links naar rechts zijn de 232, 603, 2225 en 2454 te zien. Roosendaal, 12 september 2021.