Samen met Groningen, Friesland en Gelderland is Overijssel één van de laatste Nederlandse provincies waar nog dieseltreinen in het reizigersvervoer te vinden zijn. Na de elektrificatie van de lijnen van Zwolle naar Kampen en Wierden in 2017, wil de provincie ook de traditionele dieseltreinen op de laatste niet geëlektrificeerde lijnen vervangen. Omdat elektrificatie van de baanvakken Hengelo – Zutphen, Almelo – Mariënberg en Enschede – Gronau te duur lijkt, kiest de provincie in september 2022 voor de aanschaf van batterijtreinen. Omdat nieuwe berekeningen uitwijzen dat dit meer geld kost dan verwacht, kiest de provincie alsnog voor elektrificatie.
Na de geplande elektrificatie van de Maaslijn, zijn alleen nog in noord- en oost Nederland enkele niet geëlektrificeerde baanvakken voor het reizigersvervoer te vinden. Om toch emissieloos te kunnen rijden, zonder de relatief dure aanleg van een complete bovenleiding, kijken de belanghebbende partijen de laatste jaren steeds vaker naar alternatieve duurzame oplossingen. Zo is begin 2020 al een waterstoftrein bij Arriva te gast en rijden alle treinstellen de noordelijke diesellijnen actief zijn, inmiddels op HVO-diesel. De nieuwe WINK-treinstellen van Arriva beschikken bovendien al over een accu voor de opslag van remenergie en kunnen zo bijvoorbeeld bij stilstand op stations al stationair draaien zonder dat hier brandstof voor nodig is. Ook kan de dieselmotor uit het accupakket eenvoudig worden vervangen door extra batterijen.
Vanwege de toenemende vraag naar een duurzaam alternatief voor de exploitatie van de laatste diesellijnen organiseren ProRail, het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat en de provincies Friesland, Gelderland en Overijssel in samenwerking met Arriva begin 2022 testritten met een batterijtrein. Voor de proef past fabrikant Stadler het accupakket van een WINK-treinstel aan zodat deze ook op de energie uit de batterij kan rijden. De WINK-treinstellen beschikken bovendien al over een stroomafnemer om de accu op te laden op plaatsen waar wél bovenleiding aanwezig is. Tijdens de testen wordt onder andere gekeken naar de snelheid waarmee de batterij oplaadt en hoe deze bij verschillende snelheden weer ontlaadt.
De testritten vinden plaats op twee trajecten die al gedeeltelijk van bovenleiding zijn voorzien. In Overijssel rijdt het treinstel enkele ritten tussen Almelo en Hardenberg. De accu kan hier op het geëlektrificeerde gedeelte tussen Mariënberg en Hardenberg worden opgeladen. In Gelderland rijdt het treinstel tussen Arnhem en Doetinchem. Hier kan tussen Arnhem en Zevenaar gebruik gemaakt worden van de bovenleiding.De uitkomsten van de testen worden meegenomen bij de besluitvorming over de toekomst van de diesellijnen in beide provincies en bij de doorontwikkeling van innovatieve tractiebatterijen.
Mede naar aanleiding van de succesvolle testritten en de relatief hoge kosten voor volledige elektrificatie besluit de Provincie Overijssel in september 2022 batterijtreinen aan te schaffen ter vervanging van de LINT-treinstellen die nu nog voor Arriva en Keolis respectievelijk tussen Almelo en Hardenberg en tussen Zutphen en Oldenzaal rijden. De nieuwe treinstellen moeten bij het ingaan van de nieuwe concessie in 2027 door de provincie gaan rijden. Na het besluit komen echter extra kosten naar boven waardoor de provincie een maand later alweer afziet van de nieuwe treinstellen. Hierna moet de provincie opnieuw een financiële afweging maken in de zoektocht naar een duurzame invulling van de nieuwe concessieperiode die in 2027 van start moet gaan.
Naast genoemde trajecten heeft de provincie ook voor de verbinding tussen Enschede en Gronau, waar DB Regio met Talent-dieseltreinstellen rijdt, nog geen duurzame oplossing op het oog. Terwijl de provincie graag een doorgaande verbinding tussen Zwolle en Münster ziet, dreigt door de geplande elektrificatie van het Duitse deel van het traject vanaf Gronau juist een eilandbedrijf zonder bovenleiding te ontstaan.
In februari 2023 maakt de provincie Overijssel al bekend dat voor de lijnen Almelo – Mariënberg en Enschede – Gronau alsnog wordt gekeken naar elektrificatie. Voor de verbinding Zutphen – Hengelo – Oldenzaal, die in december 2023 overgaat naar Arriva, wordt dan nog samen met de provincie Gelderland naar een duurzame oplossing gezocht. Op 29 juni 2023 wordt bekend dat alle genoemde trajecten definitief geëlektrificeerd worden. Zo kunnen vanaf 2028 op alle trajecten in Overijssel elektrische treinen rijden.
Update: Op 11 juli 2023 wordt bekend dat de elektrificatie voorlopig niet doorgaat omdat het Rijk niet wil meebetalen. Lees het hele bericht op RTVOost.nl
In 2017 bestelt Arriva als eerste spoorwegmaatschappij bij Stadler 18 treinstellen van het type WINK. De treinstellen hebben het uiterlijk van FLIRT-treinstellen en kennen een powerpack zoals de GTW-treinstellen. Deze hybride powerpack is echter zo opgebouwd dat deze makkelijk aangepast kan worden van bijvoorbeeld diesel naar waterstof of zelfs elektrisch rijden met accu’s. De treinstellen van Arriva rijden voornamelijk vanuit Leeuwarden naar Harlingen, Stavoren en Groningen.
Zowel Arriva als Keolis rijden in Overijssel met de LINT-treinstellen die Syntus in de periode 2001-2003, 2005 heeft aangeschaft. Hoewel de treinstellen in de tussentijd zijn opgeknapt, vertonen ze regelmatig defecten en is het interieur van verschillende stellen al aanzienlijk versleten. De stellen zijn door de trage besluitvorming van de provincie nog zo’n vijf jaar nodig. Arriva zet vanaf december 2023 de Limburgse stellen in Twente in. Omdat deze stellen jarenlang alleen in de spits rijden, hebben ze veel minder kilometers op de teller dan de treinstellen die de vervoerder van Keolis overneemt. Ook twee GTW-treinstellen van de noordelijke concessie komen het Twentse materieelpark versterken.
Op de foto boven dit artikel rijdt LINT 36 op 25 juni 2023 als stoptrein van Zutphen naar Oldenzaal bij Groot Dochteren. Vanaf december 2023 gaat de nieuwe kortlopende concessieperiode van start. Hierbij neemt Arriva de treindienst tot de elektrificatie gereed is over van Keolis. Voor de treindienst verhuizen de Limburgse stellen van de vervoerder naar Twente. Hiervoor krijgen ze de Blauwnet-huisstijl.