Samen met Groningen, Friesland en Gelderland is Overijssel één van de laatste Nederlandse provincies waar nog dieseltreinen in het reizigersvervoer zijn te vinden. Na de elektrificatie van de lijnen van Zwolle naar Kampen en Wierden in 2017, wil de provincie in 2027 ook de conventionele dieseltreinen op de laatste niet geëlektrificeerde lijnen vervangen. Omdat elektrificatie van de baanvakken Hengelo – Zutphen, Almelo – Mariënberg en Enschede – Gronau te duur is, kiest de provincie in september 2022 voor de aanschaf van batterijtreinen voor de regionale verbindingen waar de trajecten deel van uitmaken. Omdat nieuwe berekeningen uitwijzen dat dit duurder is dan verwacht, ziet de provincie hier eind oktober alsnog van af.
Na de elektrificatie van de Maaslijn komende jaren, zijn alleen nog in noord- en oost Nederland enkele niet geëlektrificeerde baanvakken voor het reizigersvervoer te vinden. Om toch emissieloos te kunnen rijden, zonder de relatief dure aanleg van een complete bovenleiding, kijken de belanghebbende partijen de laatste jaren steeds vaker naar alternatieve duurzame oplossingen. Zo is begin 2020 al een waterstoftrein bij Arriva te gast en rijden de nieuwste WINK-treintellen, die vanaf het voorjaar van 2021 bij de vervoerder op de noordelijke diesellijnen actief zijn, op HVO-diesel, een brandstof gemaakt van afgewerkte keukenoliën die niet meer bruikbaar zijn voor de voedselketen. De treinstellen beschikken bovendien al over een accu voor de opslag van remenergie en kunnen zo tijdens stilstand op stations al stationair draaien zonder dat hier brandstof voor nodig is. Daarnaast kan de dieselmotor uit het accupakket eenvoudig worden vervangen door extra batterijen.
Vanwege de toenemende vraag naar een duurzaam alternatief voor de exploitatie van de laatste diesellijnen organiseren ProRail, het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat en de provincies Friesland, Gelderland en Overijssel in samenwerking met Arriva begin 2022 testritten met een batterijtrein. Voor de proef past fabrikant Stadler het accupakket van een WINK-treinstel aan zodat deze ook op de energie uit de batterij kan rijden. De WINK-treinstellen beschikken bovendien al over een stroomafnemer om de accu op te laden op plaatsen waar wél bovenleiding aanwezig is. Tijdens de testen wordt onder andere gekeken naar de snelheid waarmee de batterij oplaadt en hoe deze bij verschillende snelheden weer ontlaadt. Ook wordt gekeken hoe de trein reageert bij het omschakelen van de energie van de bovenleiding naar de batterij en andersom. De uitkomsten van de testen worden meegenomen bij de doorontwikkeling van innovatieve tractiebatterijen.
De testritten vinden plaats op twee trajecten die al gedeeltelijk van bovenleiding zijn voorzien. In Overijssel rijdt het treinstel enkele testritten tussen Almelo en Hardenberg. De accu kan hier op het geëlektrificeerde gedeelte tussen Mariënberg en Hardenberg worden opgeladen. In Gelderland rijdt het treinstel tussen Arnhem en Doetinchem. Hier kan tussen Arnhem en Zevenaar gebruik gemaakt worden van de bovenleiding.
Mede naar aanleiding van de succesvolle proefritten en de relatief hoge kosten voor volledige elektrificatie besluit de Provincie Overijssel in september 2022 batterijtreinen aan te schaffen ter vervanging van de LINT-treinstellen die nu nog voor Arriva en Keolis respectievelijk tussen Almelo en Hardenberg en tussen Zutphen en Oldenzaal rijden. De nieuwe treinstellen moeten bij het ingaan van de nieuwe concessie in 2027 door de provincie gaan rijden.
Na het besluit komen echter extra kosten naar boven waardoor de provincie een maand later alsnog afziet van de nieuwe treinstellen. Hierna moet de provincie opnieuw een financiële afweging maken in de zoektocht naar een duurzame invulling van de nieuwe concessieperiode die in 2027 van start gaat.
Naast genoemde trajecten heeft de provincie ook voor de verbinding tussen Enschede en Gronau, waar DB Regio met Talent-dieseltreinstellen rijdt, nog geen duurzame oplossing op het oog. Terwijl de provincie graag een doorgaande verbinding tussen Zwolle en Münster ziet, dreigt door de geplande elektrificatie van het Duitse deel van het traject vanaf Gronau juist een eilandbedrijf zonder bovenleiding te ontstaan.
Update: Op 19 februari 2023 maakt de provincie Overijssel bekend dat voor de lijnen Almelo – Mariënberg en Enschede – Gronau alsnog wordt gekozen voor elektrificatie. Voor de verbinding Zutphen – Hengelo – Oldenzaal, die in december 2023 overgaat naar Arriva, wordt samen met de provincie Gelderland nog naar een duurzame oplossing gezocht.
In 2017 bestelt Arriva als eerste spoorwegmaatschappij bij Stadler 18 treinstellen van het type WINK. De treinstellen hebben het uiterlijk van FLIRT-treinstellen en kennen een powerpack zoals de GTW-treinstellen. Deze hybride powerpack is echter zo opgebouwd dat deze makkelijk aangepast kan worden van bijvoorbeeld diesel naar waterstof of zelfs elektrisch rijden met accu’s. De treinstellen van Arriva zijn bestemd voor de concessie in de noordelijke provincies. In juni 2020 komen de eerste drie stellen in Nederland aan. Tien maanden later komen alle 18 treinstellen in dienst. Ze rijden voornamelijk vanuit Leeuwarden naar Harlingen, Stavoren en Groningen.
Zowel Arriva als Keolis rijden in Overijssel met de LINT-treinstellen die Syntus in de periode 2001-2003, 2005 heeft aangeschaft. Hoewel de treinstellen in de tussentijd zijn opgeknapt, vertonen ze regelmatig defecten en is het interieur van verschillende stellen al aanzienlijk versleten. Waarschijnlijk zijn de stellen echter nog minimaal vijf jaar nodig.

Op de foto boven dit artikel rijdt LINT 41 op 19 september 2017 nog in de rode Twents-huisstijl als stoptrein van Oldenzaal naar Zutphen halverwege Almen en Eefde. Wanneer nog sprake is van elektrificatie van de lijn Zutphen – Hengelo is voor de regio Twente een tijdelijke concessie voor de periode 2023 – 2027/2028 gepland. Hoewel de elektrificatie niet doorgaat, zijn alle procedures al doorlopen. In december 2022 wordt bekendgemaakt welke vervoerder de bussen en treinen in de regio komende jaren gaat rijden.