STIBANS
Website: Stibans.nl
Social Media:
Geplande rit(ten)
Zie voor de actuele materieelcollectie de Nederlandse Museummaterieel Database

De STIchting tot Behoud van Af te voeren Nederlands Spoorwegmaterieel is in 1979 opgericht om verschillende types afgevoerd en af te voeren spoorwegmaterieel, waar in die tijd geen ruimte voor is in de collecties van het Spoorwegmuseum en andere musea, voor het nageslacht te bewaren. In de beginjaren redt de stichting verschillende vertegenwoordigers van belangrijke materieeltypes van de sloper. Verschillende treinen van Stibans krijgen in 1989 een rol tijdens het 150-jarig bestaan van de spoorwegen in Nederland. Later belandt een deel van het materieel alsnog in het Spoorwegmuseum, meestal in bruikleen van de stichting. In 2009 draagt Stibans een deel van de collectie alsnog officieel aan het museum over. Inmiddels heeft Stibans alleen nog een aantal goederenwagens in bezit. Daarnaast is de stichting nog altijd betrokken bij de restauratie van museummaterieel.

Op 28 september 1979 gaan de laatste vier stroomlijnpostrijtuigen buiten dienst. Wanneer het Spoorwegmuseum besluit om geen zogenaamde Pec te bewaren, wordt de Stibans opgericht. De PTT is als eigenaar van de rijtuigen bereid een Pec te bewaren voor het nog op te richten postmuseum. Stibans krijgt tot die tijd het beheer over het rijtuig. Omdat de 1902 in de beste staat is, wordt deze volgeladen met bruikbare onderdelen uit de overige rijtuigen en in Roosendaal ondergebracht. In januari 1984 is de Pec weer opgeknapt. De locatie van het inmiddels geopende postmuseum in Den Haag heeft echter geen ruimte voor het rijtuig. Hierna schenkt de PTT de Pec aan het Spoorwegmuseum. De daaropvolgende jaren is het rijtuig verder opgeknapt en in oktober 1986 draagt Stibans de 1902 over aan het Spoorwegmuseum.

Wanneer blijkt dat het Spoorwegmuseum geen belangstelling heeft, koopt Stibans na een inzamelingsactie in mei 1982 E-loc 1010 als laatste vertegenwoordiger van de eerste tien elektrische locomotieven van NS. Voorwaarde van NS is dan nog dat de loc niet meer op NS-sporen mag komen. Een paar jaar later wil NS de 1010 echter een rol geven bij het 150-jarig bestaan van de spoorwegen in Nederland. De loc is hierna van de tijdelijke en op te breken standplaats in Amsterdam voor een schilderbeurt overgebracht naar Roosendaal. In de zomer van 1989 is de loc op de jubileumtentoonstelling in Utrecht te zien. Na afloop gaat de loc voor een verdere opknapbeurt naar Tilburg om daarna in 1990 alsnog als statisch object een plek te krijgen in het Spoorwegmuseum. Vanaf eind 2009 is de loc officieel eigendom van het museum.

Hoewel de 1010 de eerste aanschaf van Stibans is, ontstaan eind jaren ’60 de eerste plannen voor het oprichten van een dergelijke stichting voor het redden van Materieel ’36-treinstel 252. Het treinstel is als laatste vertegenwoordiger van de serie al buiten dienst, maar nog beschikbaar voor proefritten. Wanneer blijkt dat deze ritten niet doorgaan, belandt het stel begin jaren ’70 alsnog op de Amsterdamse Rietlanden waar in die tijd regelmatig NS-materieel wordt verzameld voor de sloop. De NVBS zorgt er in april 1972 voor dat het stel alsnog bij de Haarlemse hoofdwerkplaats gestald kan worden. Vijf jaar later verhuist het stel naar Amersfoort en vinden de eerste conserveringswerkzaamheden plaats. Ook is die tijd een groot deel van het interieur van Materieel ’46-treinstel 282 gebruikt om de versleten interieurdelen uit de 252 te vervangen. Begin jaren ’80 verhuist het stel naar het terrein van de Hoogovens in Beverwijk. In 1985 schenkt NS het treinstel officieel aan Stibans. Ter voorbereiding van de deelname aan het 150-jarig spoorwegjubileum is het stel begin 1989 in Bergen op Zoom aan de buitenzijde zoveel mogelijk opgeknapt. Het complete interieur, inclusief wanden en vloeren, is hierbij verwijderd.

Na het jubileum kent de 252 verschillende standplaatsen. Hierbij krijgt het stel in 1995 nog een grasgroene kleurstelling met gele snor. Intussen presenteert de SGB in 1999 een masterplan met daarin onder andere een geplande inzet van de 252 tussen Roosendaal en Vlissingen. In 2001 krijgt het treinstel een plaats in de loods van het Spoorwegmuseum in Blerick. In 2002 neemt Stibans de oude werkplaatsloods in Blerick in gebruik en wordt de 252 op eigen sporen gestald. In het voorjaar van 2004 begint de stichting met noodzakelijk onderhoud en het schilderen van het gehele stel. In april 2008 is de 252 naar SFW Schienenfahrzeugwerk in het Duitse Delitzsch overgrbracht. Hier wordt het treinstel volledig gestript, gestraald en geconserveerd. Ook de stroomafnemers, draaistellen en koppelingen krijgen een revisie. Intussen wordt het stel eind 2009 officieel eigendom van het Spoorwegmuseum. In 2011 keert het treinstel terug in Nederland. In 2012 begint de verdere revisie het stel in het museum zelf. Na enkele maanden is de 252 weer naar Blerick gebracht.

Stibans redt ook drie motorwagens van het Materieel ’24. De meest bekende is Jules die in 1926 als mBD 9006 bij NS in dienst komt. In 1957 is de motorwagen verbouwd tot motorpost 9204. Vanaf eind jaren zestig is het motorrijtuig in dienst als proefwagen met thyristorinstallatie. De blokkendoos krijgt hierbij de naam Jules. Vanaf 1976 is Jules in gebruik als ATB meetwagen en heeft sindsdien als enige blokkendoos de gele NS-kleurstelling. Na de komst van de nieuwe Jules in 1992 gaat het motorrijtuig terzijde. In 1998 neemt Stibans het rijtuig over. Deze is dan niet meer inzetbaar omdat bruikbare onderdelen naar de blokkendoos van het Spoorwegmuseum zijn gegaan. Datzelfde jaar is Jules teruggebracht in de bruine uitvoering van motorpostrijtuig. Stibans draagt Jules in 2009 over aan Herikrail. Vijf jaar later gaat het motorrijtuig over naar De Rijtuigenloods. Hierna is Jules bij het Centraal Ketelhuis van de Wagenwerkplaats neergezet.

In 1999 wordt ook de voormalige mBD 9021 uit de Utrechtse ongevallentrein eigendom van Stibans. Net als Jules is het vroegere motorrijtuig eind jaren ’50 omgebouwd tot motorpost. Vanaf 1968 is het rijtuig in dienst als houtwagen bij de ongevallentrein. Bij deze verbouwing is de gehele tractie-installatie, inclusief stroomafnemers, verwijderd. De houtwagen is net als Jules in 2009 overgedragen aan Herikrail en vervolgens vijf jaar later aan De Rijtuigenloods. Het rijtuig staat sindsdien binnen in de Amersfoortse Wagenwerkplaats. In 2004 verwerft Stibans een derde voormalige blokkendoos. De voormalige mCd 9414 doet na de buitendienststelling dienst als bovenleiding-montagewagen en is hierna een onderkomen van de NS Watersportvereniging aan de Utrechtse Kruisvaart. Tijdens het opknappen blijkt het rijtuig slechter dan gedacht en in 2013 is deze gesloopt.

In 1996 zorgt Stibans ervoor dat de 162 als representant van de NS-serie 161-165 bewaard blijft. De daaropvolgende jaren begint met behulp van verschillende bedrijven en enkele Nederlandse en Britse museumorganisaties het herstel van de loc. Hierbij dienen onder andere twee in Engeland verblijvende soortgenoten als onderdelenleverancier. Bij verregaande samenwerking tussen Stibans en het Spoorwegmuseum dreigt de 162 niet in de collectie opgenomen te worden en is de aparte Stichting 162 opgericht.

In de loop der jaren bewaart Stibans maar liefst vier stalen bagagewagens. De wagens zijn voornamelijk als opslag- of verblijfswagen gebruikt. In 1985 kan Stibans het voormalige bagagerijtuig D 7521 overnemen als tijdelijke opslagruimte. Omdat het rijtuig grotendeels nog in originele staat is, adviseert Stibans het Spoorwegmuseum om deze zogenaamde grote Stalen D over te nemen. Begin jaren ’90 is het rijtuig opgeknapt. In 1995 is de revisie gereed en draagt Stibans het rijtuig over aan het museum.

Stalen D 6072 komt als voormalige ongevallenwagen 157 108 in 1999 bij Stibans terecht. Het rijtuig is voornamelijk in gebruik om onderdelen op te slaan bij de revisie van loc 162. In 2010 gaat het rijtuig over naar de Stichting WIJS/BSH. Begin 2021 is het rijtuig aan de collectie van de Stichting 2454 Crew toegevoegd. Stalen D 6080 komt eveneens uit een ongevallentrein. Het rijtuig is enige tijd in gebruik als opslagruimte bij de Werkgroep loc 1501. In 2003 gaat het rijtuig over naar Stibans. In 2009 gaat het rijtuig over naar de Stichting TEE. Twaalf jaar later neemt het Nederlands Transportmuseum de Stalen D samen met de TEE-rijtuigen van de stichting over. Voormalig bagagerijtuig 6082 is sinds 1996 eigendom van Stibans. Het rijtuig staat tot 2001 als opslagruimte op de Watergraafsmeer. In juni dat jaar verhuist het rijtuig als voormalige ongevallenwagen 157 109 naar Blerick. Het rijtuig is de enige Stalen D in eigendom van Stibans.