Tussen 1912 en 1918 opent de Hollandsche Electrische Spoorweg Maatschappij een omvangrijk netwerk van lokaalspoorwegen in het tot dan toe van spoorvervoer verstoken gebied tussen Haarlem, Amsterdam, Utrecht en Leiden. Hoewel de lijnen grotendeels buiten de Haarlemmermeer liggen, krijgen ze in de volksmond de naam Haarlemmermeerlijnen. De spoorwegmaatschappij voorziet het ruim 120 kilometer lange netwerk van bijna dertig, vaak imposante stationsgebouwen en bijna zeventig wachterswoningen. Daarnaast bouwt de HESM diverse woningen voor het personeel. De treindienst op het spoorwegnet wordt, in tegenstelling tot wat de naam en bijbehorende ambities van de spoorwegmaatschappij doen denken, met stoomtractie uitgevoerd en is slechts van weinig betekenis. Met de opkomst van het busvervoer neemt het reizigersvervoer op de Haarlemmermeerlijnen snel af.

Locomotor 352 voor het oude stationsgebouw van Aalsmeer op 7 maart 2015.Op 1 januari 1936 staakt NS het reizigersvervoer op het grootste deel van het HESM-net. Alleen van Amsterdam naar Uithoorn en Aalsmeer en tussen Uithoorn en Nieuwersluis rijden nog tot september 1950 reizigerstreinen. Het noordelijke deel van het netwerk blijft na het staken van het reizigersvervoer open voor het goederenvervoer. Begin jaren ’70 sluit NS vrijwel alle resterende lijnen. Het baanvak Uithoorn – Amsterdam sluit in 1981 zodra de Schiphollijn aan het bestaande spoorwegnet is aangesloten. Het traject Uithoorn – Nieuwersluis is nog tot juni 1986 in gebruik. De meeste baanvakken zijn na de sluiting opgebroken. Het baanvak tussen het Amsterdamse Haarlemmermeerstation en Bovenkerk is bewaard en zelfs geëlektrificeerd voor toeristische ritten van de Elektrische Museumtramlijn Amsterdam.

De Haarlemmermeerlijnen zijn, ondanks de verstedelijking van het gebied, op een groot aantal plekken nog duidelijk in het landschap te herkennen. Ook zijn opvallend veel bouwwerken bewaard gebleven. Op verschillende delen van het voormalige HESM-net zijn busbanen, wegen, fiets- en wandelpaden aangelegd. In Amstelveen volgt de sneltram een deel van het oude tracé van de lijn naar Uithoorn.

AALSMEER – HAARLEM

Het baanvak Aalsmeer – Haarlem is dwars door de Haarlemmermeer aangelegd. Ondanks dat het grootste deel van de spoorlijn al voor de Tweede Wereldoorlog is opgeheven en de uitbreiding van de plaatsen Aalsmeer, Hoofddorp en Haarlem en het gebied rondom Schiphol zijn de contouren van het tracé nog duidelijk herkenbaar. In Aalsmeer is het kopstation, inclusief retiradegebouw, bewaard gebleven. In de voortuin staat sik 352 als statisch object. Ook de straatnamen op en rond het voormalige emplacement herinneren aan het spoorse verleden. Het fietspad met de bijpassende naam Spoorlijnpad volgt het tracé richting Hoofddorp. Het pad gaat later over in de doodlopende Oude Spoordijk. Deze weg loopt tot de Ringvaart om de Haarlemmermeer.

Klik hier voor een impressie van het baanvak.

HOOFDDORP – LEIDEN HEERENSINGEL

Het baanvak tussen Hoofddorp en Leiden is in tegenstelling tot het traject Aalsmeer – Haarlem vrijwel geheel uit het landschap gewist. Tussen Hoofddorp en Nieuw Vennep volgt de Zuidtak van de Zuidtangent min of meer het oude tracé en vanaf de bocht bij de Ringvaart tot aan Leiden volgen de doorgaande wegen Weteringweg, Van Alkemadelaan en de provinciale weg N445 de vroegere spoorlijn. Van de stationsgebouwen is alleen het eerder genoemde gebouw van Hoofddorp bewaard gebleven. In Leiden staat aan het eindpunt van de lijn nog een stootjuk.

Klik hier voor een impressie voor de restanten van het baanvak.

AALSMEER – AMSTERDAM WILLEMSPARK

Net als de spoorlijnen richting Hoofddorp en Uithoorn is ook het begin van het baanvak Aalsmeer – Amsterdam vanaf het voormalige station Aalsmeer omgebouwd tot fietspad met bijpassende naam, het traject heet hier het Bielzenpad. Van de komgrens van Aalsmeer tot die van Bovenkerk is het tracé eveneens omgebouwd tot fietspad en ligt parallel aan de Aalsmeerderweg. Het gedeelte van Bovenkerk tot het Amsterdamse Haarlemmermeerstation (tot 1933 Amsterdam Willemspoort) is bewaard gebleven en zelfs geëlektrificeerd. De spoorlijn wordt bereden met de historische trams van de Elektrische Museumtramlijn Amsterdam. Langs het baanvak zijn alle stationsgebouwen en ook enkele haltegebouwen en wachterswoningen bewaard gebleven.

Klik hier voor een impressie van het baanvak.

BOVENKERK – UITHOORN

De zijtak Bovenkerk – Uithoorn is nog tot 1981 in gebruik als aanvoerlijn van de nieuwe Schiphollijn. In 1987 is het baanvak alsnog opgebroken. Bij Bovenkerk blijft een klein gedeelte behouden als onderdeel van de sporendriehoek voor de museumtrams van de EMA. Tussen Bovenkerk en de Amstelveense Beneluxbaan is een kort gedeelte van het baanvak in gebruik als fietspad. Vanaf september 2004 rijden de sneltrams van de verlengde lijn 51 zo’n anderhalve kilometer over het voormalige traject van de Haarlemmermeerlijn. Aan het eindpunt van de sneltramlijn staat aan de J.C. van Hattumweg een dubbele wachterswoning. De voormalige spoorlijn is vervolgens lange tijd vrijwel tot aan de aansluiting op de lijn Aalsmeer – Nieuwersluis over een onverhard pad te volgen. Vanaf 2013 wordt het pad echter onderbroken door de omgelegde Provinciale weg N201.

Klik hier voor een impressie van het baanvak.

AALSMEER – NIEUWERSLUIS-LOENEN

Van de voormalige spoorlijn tussen Aalsmeer en Nieuwersluis-Loenen is het baanvak Aalsmeer – Uithoorn – Mijdrecht vrijwel geheel in gebruik als busbaan. Het gedeelte Mijdrecht – Vinkeveen – Oukooperdijk is echter vrijwel in oorspronkelijke staat behouden gebleven. De voormalige stationsgebouwen van alle genoemde plaatsen zijn, evenals de kleinere haltegebouwen van Wilnis en De Kwakel en diverse wachterswoningen, bewaard gebleven.

Klik hier voor een impressie van het baanvak.

UITHOORN – ALPHEN AAN DEN RIJN

Bekijk hier het voormalige terrein rondom het voormalige station Gouwsluis.

NIEUWVEEN – TER AAR

volgt