In oktober 1910 opent de Overijsselsche Lokaalspoorweg-Maatschappij Deventer – Ommen de spoorlijn Deventer – Raalte – Ommen. Op 14 mei 1935 wordt de lokaallijn, net geen 25 jaar na de start van de treindienst, alweer gesloten. De complete spoorlijn is al snel na het beëindigen van de treindienst opgebroken. Door ruilverkaveling, de uitbeiding van woonkernen, aanleg van wegen maar ook doordat de lijn is aangelegd als lokaalspoorweg, laat het tracé na de sluiting van de verbinding weinig sporen in het landschap achter. Wel zijn twee van de vier door de OLDO gebouwde stationsgebouwen bewaard gebleven. Ook zijn langs het tracé nog verschillende grensstenen te vinden. Daarnaast zijn opvallend veel monumenten ter herinnering aan de spoorlijn opgericht.
Op het station van Deventer herinnert de tuin aan de noordzijde van het eilandperron en de uitsparing in de perronkap aan de aanwezigheid van twee zaksporen voor lokaaltreinen. Van het station van Deventer tot de vroegere halte De Platvoet ligt de lokaallijn evenwijdig aan de lijn naar Zwolle. Doordat de lijn tussen Deventer en Olst nog altijd enkelsporig is, maar de bovenleidingsportalen ruimte bieden aan twee sporen, is de plek van de vroegere spoorlijn naar Ommen eenvoudig te herkennen.
In de periode dat de OLDO de lijn naar Ommen aanlegt, breidt het dorp Diepenveen zich in snel tempo uit. Met het oog op deze ontwikkeling krijgt het dorp een opvallend groot stationsgebouw. Het asymmetrische ontwerp van het hoge gebouw vertoont veel overeenkomsten met de stationsgebouwen van de NOLS. In verband met het bestaande station aan Staatslijn A krijgt het nieuwe station de naam Diepenveen Oost. Het bestaande station aan de staatslijn wordt hernoemd in Diepenveen West. Het voormalige stationsgebouw van de OLDO is pas in 1986 gesloopt. Het tegeltableau met stationsnaam blijft bewaard en is als monument vlakbij de plek van het vroegere stationsgebouw neergezet.
Tussen de voormalige stopplaats De Hoek bij Diepenveen en het voormalige station Eikelhof is nog een groot deel van het baanlichaam aanwezig als onverhard wandelpad. Op verschillende plaatsen ligt nog opvallend veel spoorgrind. Ook staat langs het voormalige spoorwegtracé de originele kilometerpaal 7.
In Eikelhof en Wesepe zijn de stationsgebouwen bewaard gebleven. Beide gebouwen zijn inmiddels van een aanbouw voorzien maar nog wel als zodanig herkenbaar. De sporen van de vroegere OLDO-lijn zijn tussen beide stationsgebouwen grondig uitgewist.
Tussen het voormalige stationsgebouw van Wesepe en de dorpskern is de vroegere spoorlijn weer enkele honderden meters te volgen als Het Oude Spoorpad.
Ook na het oversteken van de Raalterweg is de spoorlijn nog een paar honderd meter via een fietspad te volgen. Aan het eind van het pad staat sinds het voorjaar van 2017 een monument ter herinnering aan de OLDO. Door nieuwbouw is het spoorwegtracé in de dorpskern van Wesepe niet meer terug te vinden. Ook verder naar Raalte is een groot deel verdere sporen van het baanvak grondig uitgewist. Ter hoogte van de hooggelegen Weseper enk is echter een deel van de ingraving van de vroegere spoorlijn bewaard gebleven. Ten westen van Raalte blijft het betonnen spoorbruggetje over de Rameler Waterleiding bewaard. Hoewel de loop van de wetering in later jaren is verlegd, ligt het bruggetje er nog altijd en is ook hier een monumentje ingericht. Doordat de waterloop hierna opnieuw is verplaatst, is deze plek niet meer toegankelijk.
Aan de westzijde van Raalte maakt de N348 over een lengte van ongeveer een kilometer gebruik van het oude spoorwegtracé. Waar de vroegere spoorlijn afbuigt naar de spoorlijn Zwolle – Almelo is opnieuw een monument geplaatst. Het monument bestaat onder andere uit twee grenspalen en zeven originele spoorstaven. Bij het monument ligt tevens nog een origineel betonnen bruggetje.
Tussen Raalte en Ommen is over het grootste deel van het oude baanlichaam een verkeersweg, de latere Rijksweg 48, aangelegd. Van het vroegere emplacement en stationsgebouw van Lemelerveld en ook andere haltes en stopplaatsen is vrijwel niets terug te vinden. Het stationsgebouw, dat gelijk is aan dat van Diepenveen Oost, is in 1936, vrijwel direct na beëindigen van het treinverkeer, gesloopt.
In 2020 komt bij de aanleg van een wadi de fundering van het trappenhuis van het stationsgebouw van Lemelerveld echter weer tevoorschijn. Hierna is besloten de fundering zichtbaar te laten en hier vlakbij bovendien een muurtje met daarop een replica van het stationsnaambord, gebaseerd op het tegeltableau in Diepenveen neer te zetten. Bovenop het muurtje komt, net als in Wesepe, een locomotiefje op een spoorstaaf te staan.
Even ten westen van Ommen is de boog naar de spoorlijn uit Zwolle nog te herkennen aan de ligging van de Koedijk.
De herinnering aan de voormalige spoorlijn tussen Deventer en Ommen wordt door verschillende monumenten levend gehouden. Op de foto boven dit artikel het monument dat in Raalte op de plek waar het tracé afbuigt naar de spoorlijn Zwolle – Almelo staat. Het bouwwerk wordt onder andere gevormd door zeven originele stukken spoorstaaf van de OLDO. Raalte, 15 september 2015.