In de juli 1885 nemen de Staatsspoorwegen met het traject Gorinchem – Dordrecht het laatste deel van de Betuwelijn in gebruik. Langs de lijn komt naast stations ook een groot aantal haltes en stopplaatsen. Zo komt ter hoogte van Giessendam de halte Giessendam-Oudekerk. De halte bij de nabijgelegen wachtpost krijgt een eenvoudig houten gebouwtje met daarin de noodzakelijke voorzieningen. Ook komt er een houten toiletgebouwtje.
In de loop der jaren blijkt de halte veel meer reizigers te trekken dan het anderhalve kilometer oostelijker gelegen ‘hoofdstation’ Hardinxveld-Giessendam dat ongunstig ten opzichte van de woonkernen ligt. Het station, met het grote stationsgebouw dat gelijk is aan dat van Sliedrecht, sluit dan ook al in 1927 ten gunste van de halte die tegelijkertijd de naam Giessendam-Neder Hardinxveld krijgt. Het haltegebouwtje is tijdens de Tweede Wereldoorlog verwoest en na de oorlog vervangen door een provisorisch noodgebouw.
In 1957 krijgt het station de naam Hardinxveld-Giessendam. Een jaar later is het nieuwe stationsgebouw gereed. Het lage langgerekte gebouw heeft een rechthoekige plattegrond en aan de straatzijde een opvallend brede bordestrap. Het gebouw bestaat uit een betonnen skelet met stalen kozijnen en metselwerk. De borstwering is bekleed met gebroken kwartsietsteen. Zowel aan de straat- als de perronzijde vormt het dak met betonnen sierlijst een luifel.
Op de foto boven dit artikel het stationsgebouw van Hardinxveld-Giessendam op 27 augustus 2016.