In juni 1883 nemen de Staatsspoorwegen de spoorlijn Nijmegen – Venlo in gebruik. Boxmeer en Venray krijgen hierbij een groot stationsgebouw van exact hetzelfde ontwerp. Het asymmetrische gebouw heeft een hoog deel dat samen met de korte rechter zijvleugel als woning dient. Net als de andere stations aan de Maaslijn krijgt het middeldeel een trapgevel. Rechts van het middendeel komt een portiek met een stenen trap die toegang biedt tot de woning. In het brede lage deel aan de linkerzijde bevindt zich de hoofdingang en de stationshal met wachtkamers. Aan de linker vleugel komt bovendien een lagere uitbouw die dient als speciale damessalon. Boven de hoofdentree komen opvallend hoge glas-in-lood ramen. Het dak van het gebouw is gedekt met blauwe en rode Echtse pannen die in figuren zijn gelegd. Op het dak staan verschillende rijkversierde schoorstenen. Aan de spoorzijde komen aan beide zijden van het middendeel overkappingen. Bij het station komt een bijgebouw met toiletten en een berging.
In 1976 is het stationsgebouw, dat dan nog in prima staat verkeert, net als veel soortgelijke gebouwen begin jaren ’70, gesloopt om plaats te maken voor een eenvoudige ’tweekamerbungalow’. Het standaardontwerp bestaat uit houten kozijnen en gelijmde liggers, opgevuld met eenvoudig metselsteen. Het gebouw kent alleen de hoogst noodzakelijke bedrijfsruimtes en een wachtruimte.
Bij de tweede en derde aanlegperiode van de aanleg van spoorwegen door de Staat, wordt net als bij de eerste Staatsaanleg bij de bouw van de stationsgebouwen weer gebruik gemaakt van een aantal standaardontwerpen. De nieuwe gebouwen zijn minder streng, vaak asymmetrisch en levendig versierd. In navolging van het stationsgebouw van Hemmen-Dodewaard laten de Staatsspoorwegen langs de lijnen Amersfoort – Kesteren – Nijmegen, Nijmegen – Venlo en Zaandam – Enkhuizen in een periode van vier jaar maar liefst 17 stationsgebouwen in negen varianten van het ontwerp van ‘Hemmen’ bouwen.
Op de foto het stationsgebouw van Venray op 30 april 2023. Opvallend is dat op het dak aan de straatzijde niet het logo van de vervoerder te zien is, maar een stationsnaambord. Waarschijnlijk is dit ter oriëntatie aangezien het station in het dorp Oostrum staat.