In 1853 neemt de Aachen-Maastrichter Eisenbahn-Gesellschaft tussen beide steden de eerste grensoverschrijdende spoorlijn van Nederland in gebruik. Enkele jaren later krijgt de lijn aansluiting op het Belgische spoorwegnet. Tenslotte is Maastricht in 1865 ook met het Nederlandse spoorwegnet verbonden. Desondanks groeit de verbinding nooit uit tot belangrijke internationale schakel. Ook in de hoogtijdagen van de mijnindustrie in Zuid-Limburg speelt de lijn slechts een bescheiden rol. Na de opening van de lijn Schin op Geul – Heerlen buigen de meeste treinen bij Schin op Geul linksaf. Het resterende deel van de lijn is na het wegvallen van het vervoer van steenkool vrijwel alleen nog in het toeristenseizoen in trek. In 1988 staakt NS het binnenlandse treinverkeer tussen Schin op Geul, Simpelveld en Kerkrade. Vier jaar later rijdt de laatste trein naar Aachen. Hierna neemt de Zuid-Limburgse Stoomtrein Maatschappij het baanvak tot aan Vetschau in gebruik voor toeristische ritten. In 2019 krijgt Maastricht, deze keer weliswaar via Heerlen, weer een rechtstreekse treinverbinding met Aachen.

Al in 1831 zijn er plannen voor een ‘IJzeren Rijn’ tussen Antwerpen en het Duitse achterland. De lijn is gepland Zuid-Limburg dat, met uitzondering van Maastricht, dan nog tot België behoort. Desondanks moet de stad wel een station krijgen. Omdat niet duidelijk is of de grenzen nog wijzigen, kiest de Belgische regering voor een verbinding via Liège en de Ardennen. De plannen voor een spoorlijn tussen Hasselt, Maastricht en Aachen blijven echter bestaan.

In 1845 is in Maastricht en Aachen respectievelijk de Aken-Maastrichtse Spoorweg-Maatschappij annex Aachen-Maastrichter Eisenbahn-Gesellschaft opgericht. Een jaar later krijgt de AM de concessie voor de aanleg en exploitatie van een spoorverbinding tussen beide steden, inclusief de exploitatie van de Domaniale kolenmijn bij Kerkrade. De bouw begint in 1847 tegelijkertijd met de spoorlijn tussen Aachen en Düsseldorf. De lijnen gebruiken tot het dorp Richterich hetzelfde tracé.

Door de onrustige situatie in Europa ligt de aanleg van de spoorlijn tussen 1848 en 1852 stil. In oktober 1853 kan de spoorlijn alsnog in gebruik worden genomen. Maastricht krijgt hierbij een tijdelijk station buiten de vestingwerken. Het houten stationsgebouw staat hierdoor in de gemeente Meerssen. Terwijl de andere Nederlandse spoorwegmaatschappijen zich die periode nog moeten houden aan een spoorwijdte van 1.995 mm is de spoorlijn tussen Maastricht en Aachen met de in België en Duitsland gebruikelijke spoorwijdte van 1.435 mm aangelegd. Niet veel later zijn ook de eerste Nederlandse spoorlijnen omgebouwd naar dit ‘normaalspoor’.

Het is al direct de bedoeling de lijn over de Maas door te trekken naar het Belgische Hasselt zodat een rechtstreekse verbinding tussen Antwerpen en Köln ontstaat. De lijn naar Hasselt is in 1856 gereed. Treinen moeten echter in Maastricht kopmaken. In 1864 gaan verschillende particuliere Belgische spoorwegmaatschappijen samenwerken onder de naam Chemins de fer Grand Central Belge. De GCB neemt in 1867 ook de exploitatie op de spoorlijn Hasselt – Maastricht – Aachen over. Na jaren onderhandelen gaat de exploitatie van het Nederlandse gedeelte van de verbinding in juli 1898 over naar de SS.

Voor het vervoer van kolen uit de Domaniale mijn in Kerkrade is in september 1871 een zijtak vanuit Simpelveld aangelegd. De wagons met kolen worden de eerste negen jaar met paarden verplaatst. Hierna wordt gebruik gemaakt van stoomtractie. In 1934 wordt het vier kilometer lange traject tussen Simpelveld en Spekholzerheide opgenomen in de Miljoenenlijn tussen Simpelveld en Schaesberg. Het restant van de lijn tussen Spekholzerheide en de mijn is in 1976 opgeheven.

De eerste decennia van de 20e eeuw ontwikkelt de mijnindustrie in Zuid-Limburg zich snel. Dit zorgt voor diverse nieuwe spoorlijnen en uitbreiding van bestaande spoorlijnen en emplacementen. Het baanvak Maastricht – Wijlre-Gulpen is vanaf 1912 geheel dubbelsporig. Twee jaar later is de spoorlijn Schin op Geul – Heerlen gereed en is rechtstreeks reizigers- en goederenvervoer tussen Maastricht en Heerlen mogelijk. Tussen Simpelveld en Schaesberg wordt twintig jaar later de eerder genoemde Miljoenenlijn in gebruik genomen. Deze spoorlijn is in eerste instantie alleen bedoeld voor goederenvervoer, maar wordt vanaf 1949 ook voor reizigerstreinen gebruikt. Datzelfde jaar is het traject Maastricht – Schin op Geul, als onderdeel van de doorgaande verbinding tussen Maastricht en Heerlen, geëlektrificeerd.

Na de sluiting van de Limburgse mijnen neemt het belang van de spoorlijn snel af. De verbinding is hierna vooral van belang het vervoer van toeristen. Zo rijden van en naar Valkenburg in de zomermaanden de zogenaamde Valkenburg Expressen. Ook een rondje over de Miljoenenlijn is populair.

In 1988 sluit NS, na diverse mislukte pogingen, de spoorlijn tussen Simpelveld en Kerkrade. Hiermee verdwijnen ook de stoptreinen tussen Valkenburg en Simpelveld en verdwijnt Wijlre uit het Spoorboekje. Om Simpelveld nog een redelijke dienstregeling te bieden, breidt NS de treindienst naar Aachen uit tot een twee-uursdienst. In 1992 sluit NS ook het baanvak Schin op Geul – Aachen. De treinen naar Aachen rijden voortaan vanuit Heerlen. Na de sluiting van het traject neemt de Zuid-Limburgse Stoomtrein Maatschappij het baanvak Schin op Geul – Vetschau en het aansluitende deel van de Miljoenenlijn tussen Simpelveld en Kerkrade over voor museale ritten. In Schin op Geul is ondertussen aansluiting met de spoorlijn Maastricht – Heerlen ongedaan gemaakt. Deze aansluiting is in 2007 hersteld. Voortaan rijden diverse treinen van de ZLSM van en naar Valkenburg. De laatste kilometer van de oorspronkelijke spoorlijn Maastricht – Aachen tussen Vetschau en de aansluiting op de lijn Aachen – Mönchengladbach is intussen opgebroken.

In december 2006 neemt Veolia Transport Limburg de exploitatie van de verbinding Maastricht – Schin op Geul en verder naar Heerlen en Kerkrade Centrum over van NS. De verbinding krijgt de naam Heuvellandlijn. Exact tien jaar later neemt Arriva de treindienst over van Veolia. In januari 2019 blaast Arriva de rechtstreekse verbinding tussen Maastricht en Aachen nieuw leven in. De treinen rijden nu echter via Heerlen.

Dienstregeling

Tussen Maastricht en Aachen wordt een eenvoudige reizigersdienst van enkele treinen per dag ingevoerd. De spoorlijn is voornamelijk van belang voor het vervoer van goederen, met name kolen. Na de opening van de verbinding Maastricht – Hasselt en de overname van de spoorlijn Hasselt – Landen laat de AM dagelijks vijf reizigerstreinen tussen Aachen en Landen rijden. Bovendien rijdt een aantal extra treinen tussen Maastricht en Aachen. Door tegenwerking van de Belgische staatsspoorwegmaatschappij État en de strenge Nederlandse douane wordt de verbinding geen groot succes en kiezen veel bedrijven voor vervoer via de Vesderlijn via Liège. De overname door de GCB zorgt voor een korte opleving van het vervoer op de lijn van de AM. Zo rijden dagelijks enkele rechtstreekse treinen tussen Aachen, Maastricht en Aerschot waar de trein wordt gesplitst in een deel naar Antwerpen en een deel naar Leuven en Brussel.

Wanneer de IJzeren Rijn in 1879 gereed is, verschuift de spoorwegmaatschappij het internationale vervoer grotendeels naar deze verbinding. De GCB laat wel meer reizigerstreinen op de verbinding rijden. Zo gaan tussen Maastricht Boschpoort aan de lijn naar Hasselt en Valkenburg dagelijks drie pendeltreinen rijden. De treinen rijden voornamelijk voor het toenemend aantal toeristen en dagjesmensen in de regio.

Wanneer de spoorlijn Maastricht – Aachen in 1898 onderdeel wordt van het netwerk van de Staatsspoorwegen, kent de verbinding weer een korte bloeiperiode. Vanaf dat jaar rijden via Staatslijn E doorgaande rijtuigen tussen Rotterdam en Aachen. Enkele jaren later komen hier ook rijtuigen uit Amsterdam en Den Haag bij. Ook rijden nog altijd vanuit Antwerpen, Brussel en Leuven via Maastricht doorgaande rijtuigen naar Aachen. Naast de vijf treinen met doorgaande rijtuigen rijden ook diverse lokaaltreinen tussen Maastricht en Aachen. Ook zorgt het groeiende belang van de mijnbouw diezelfde periode voor een toename van het goederenvervoer op de verbinding. Met het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog in 1914 komt een eind aan het internationale treinverkeer op de verbinding.

Wanneer in 1915 het reizigersvervoer tussen Heerlen en Maastricht via Schin op Geul van start gaat, neemt het aantal lokaaltreinen op de verbinding weer toe. Tussen beide wereldoorlogen rijden bovendien weer treinen tussen Maastricht en Aachen. In 1954 wordt de treindienst tussen Maastricht en Aachen voor het eerst sinds de Tweede Wereldoorlog hervat. De doorgaande treinen van Aachen naar de huidige Randstad en België keren niet terug. Tussen Maastricht en Heerlen gaat na de oorlog een halfuursdienst van start. In de spits rijden diverse sneltreinen die doorgaans alleen in Valkenburg en soms ook in Meerssen stoppen.

Vanaf 1949 laat NS via de Miljoenenlijn treinen tussen Heerlen en Schin op Geul pendelen. Omdat deze verbinding vooral bij toeristen populair is, trekt de vervoerder de uurdienst in 1955 door naar Valkenburg. Het Limburgse stadje is de decennia na de oorlog tevens het begin- en eindpunt van de befaamde Valkenburg Expressen uit de Randstad en Noord-Nederland. Tussen Maastricht en Heerlen rijdt NS na de Tweede Wereldoorlog voornamelijk een halfuursdienst, in de spits aangevuld met diverse sneltreinen. Ook rijden tussen Maastricht en Valkenburg enkele sneltreinen die doorrijden via de Miljoenenlijn. NS trekt de stoptreindienst Maastricht – Heerlen in 1986 eenmaal per uur door naar Kerkrade Centrum.

Het internationale reizigersvervoer tussen Maastricht en Aachen is na de Eerste Wereldoorlog niet langer van groot belang. Tijdens de Tweede Wereldoorlog is de spoorlijn gesloten. Het reizigersvervoer wordt pas in 1954 hervat. Tussen beide steden rijden dagelijks slechts twee treinen. In de loop der jaren neemt het aantal treinen enigzins toe, maar rijden per richting nog geen tien treinen per dag in een onregelmatige dienstregeling. Na de sluiting van de spoorlijn Simpelveld – Kerkrade Centrum in 1988 gaan de treinen Maastricht – Aachen in een regelmatige twee-uursdienst rijden. Zo heeft Simpelveld nog een redelijke spoorwegverbinding met Maastricht. Het station is hiermee, na de sluiting van Visvliet in 1991, het enige Nederlandse station dat minder dan eenmaal per uur bediend wordt. Eind mei 1992 is de treindienst Maastricht – Aachen vervangen door de treindienst Heerlen – Aachen.

Vanaf mei 1995 laat NS nog slechts eenmaal per uur een stoptrein Maastricht – Kerkrade Centrum en een sneltrein Maastricht – Heerlen rijden. De spitssneltreinen komen tegelijkertijd te vervallen. Net als voor de oorlog worden de stations tussen Valkenburg en Heerlen nog maar eenmaal per uur bediend. Veolia intensiveert de treindienst na de overname van de exploitatie in december 2006 weer tot een halfuursdienst tussen Maastricht Randwyck en Kerkrade. Bovendien rijdt de vervoerder elk half uur een sneltrein tussen Maastricht en Heerlen. Bij het ingaan van de nieuwe dienstregeling 2017 neemt Arriva de treindiensten over. Vanaf december 2016 rijden de stoptreinen net als de sneltreinen slechts tot Heerlen. Vanaf eind januari 2019 rijdt elk uur één sneltrein Maastricht – Heerlen door naar Aachen.

Vijf jaar later rijden de sneltreinen elk halfuur tussen Maastricht en Aachen. Eenmaal per uur rijdt de trein vanuit Liège, waarmee naar 110 jaar weer een drielandentrein op het traject rijdt.

Materieelinzet

De treinen tussen Maastricht en Aachen worden tot de Tweede Wereldoorlog met stoomtractie gereden. Na de heropening in 1954 wordt de treindienst gereden met Duits dieselmaterieel. In mei 1963 nemen de motorrijtuigen Plan X de treindienst over. De 40-44 zijn drie jaar later speciaal voor deze treinen voorzien van het Duitse beveiligingssysteem Indusi. In mei 1977 nemen Duitse accumotorrijtuigen de treindienst over. Van december 1988 tot de sluiting van de verbinding in 1992 rijdt opnieuw Nederlands materieel tussen Maastricht en Aachen. Plan X-tweewagenstellen 178 en 179 zijn hiervoor net als hun voorgangers voorzien zijn van Indusi.

Na de elektrificatie van de spoorlijn Maastricht – Heerlen, wordt de treindienst tussen beide steden met treinstellen Materieel ’36 gereden. Enkele jaren later worden de stellen vervangen door het nieuwe Materieel ’46. Deze treinstellen blijven hier tot hun buitendienststelling in september 1983 rijden. Belangrijkste reden hiervoor is de nabijheid van de lijnwerkplaats in Maastricht waar het materieel in onderhoud is. In 1983 nemen Plan V-treinstellen de treindienst op het traject over. Tussen 1991 en 1993 zet NS in een groot deel van de spitstreinen in Zuid-Limburg het Materieel ’54 in. Hierna keert de alleenheerschappij van de Plan V-stellen weer terug. Wanneer Veolia in december 2006 de treindienst overneemt, huurt de vervoerder voor een periode van twee jaar acht Plan V-treinstellen van NS. De treinstellen zijn voorzien van de logo’s van de vervoerder. In december 2008 nemen de nieuwe GTW treinstellen van Veolia de treindienst op de Heuvellandlijn over.

In december 2016 neemt Arriva de treindienst van Veolia over. De vervoerder neemt bovendien het materieel van de vervoerder over. De GTW-treinstellen zijn in de loop van 2017 van de blauwe Limburgse Arriva-huisstijl voorzien. Naast de GTW-treinstellen verschijnen ook treinstellen van het type FLIRT 3 tussen Maastricht en Heerlen.

STATIONS EN GEBOUWEN

De spoorlijn Maastricht – Aachen kent een aantal opvallende stationsgebouwen: Vanaf 1884 maken de drie spoorwegmaatschappijen die in Maastricht hun eindpunt hebben, gebruik van het houten station van de Staatsspoorwegen uit 1865 dat eveneens buiten de vestingwerken ligt. Na het wijzigen van de gemeentegrenzen komt het station van Maastricht in 1907 binnen de grenzen van de stad te liggen. Het definitieve station is pas in de periode 1913-1916 gebouwd. Houthem-St. Gerlach heeft het enige houten stationsgebouw van Nederland. Het gebouw uit 1903 doet denken aan een badpaviljoen. In Valkenburg staat het enige stationsgebouw dat is opgetrokken uit mergelsteen. Het gebouw uit 1853 is bovendien het oudste nog bestaande stationsgebouw van Nederland.

ZUID-LIMBURGSE STOOMTREIN MAATSCHAPPIJ

Na het staken van de reizigersdienst neemt de ZLSM de spoorlijnen Schin op  Geul – Vetschau en Simpelveld – Kerkrade over van NS. Hoewel NS de jaren voor de sluiting veel heeft vereenvoudigd, kennen de lijnen nog klassieke beveiliging. De ZLSM herstelt deze hierna zoveel mogelijk en ook het ingekrompen emplacement van Simpelveld wordt weer uitgebreid. Langs de lijn staan nog enkele wachtposten en stationsgebouwen. In 1995 rijdt de ZLSM de eerste toeristische ritten.

Klik hier voor een impressie van de lijnen van de ZLSM.

DE VALKENBURG EXPRES

Met de opening van de spoorlijn Maastricht – Aachen begint ook de ontwikkeling van Valkenburg als toeristenplaats. In de jaren ’80 van de negentiende eeuw opent in het stadje de eerste VVV van Nederland en ontvangt het karakteristieke station de eerste speciale treinen voor dagjesmensen. Met de opkomst van de toerisme-industrie na de Tweede Wereldoorlog laat NS in de zomermaanden, voornamelijk op zaterdagochtend, vanuit West Nederland doorgaande treinen naar de Limburgse plaats rijden. Later krijgen deze treinen de naam Valkenburg Expres. Met het ingaan van Spoorslag ’70 bestaat de treindienst voornamelijk uit zo’n tien reguliere Intercity’s uit Zandvoort aan Zee die na aankomst Heerlen en Maastricht doorrijden naar de toeristenplaats. In de loop van de jaren ’70 rijden alleen nog de intercity’s via Maastricht door naar Valkenburg. Ook rijden extra treinen uit Den Haag en Rotterdam. Bovendien rijdt tientallen jaren een Valkenburg Expres vanuit Zwolle. Vanwege de route via de Maaslijn bestaat deze trein lange tijd uit twee Plan U-treinstellen. Naast de Valkenburg Expressen rijden in de zomermaanden op doordeweekse dagen extra treinen tussen Maastricht en Valkenburg.

Ondanks dat er in Valkenburg inmiddels sprake is van massatoerisme, neemt de belangstelling voor de extra treinen in de loop van de jaren ’80 geleidelijk af. Zo rijden in 1986 nog vier doorgaande treinen vanuit Zandvoort naar Valkenburg. Vanuit Den Haag, Rotterdam en Zwolle komt eveneens elke zaterdag in juni, juli en augustus nog een extra trein naar Zuid-Limburg. Drie jaar later rijdt alleen nog een extra trein vanuit Den Haag via Rotterdam, een trein uit Amsterdam en een uit Zwolle naar Valkenburg. Laatstgenoemde trein rijdt vanaf 1990 via Eindhoven waardoor NS ook hier elektrisch materieel kan inzetten. In de zomer van 1995 rijden de befaamde Valkenburg Expressen voor het laatst.

Op de foto boven dit artikel rijdt Arriva-treinstel 453 op 3 november 2018  als sneltrein van Heerlen naar Maastricht Randwyck door het Limburgse heuvelland bij station Houthem-St. Gerlach.