In 1884-1885 wordt de spoorlijn Zaandam – Hoorn – Enkhuizen in gebruik genomen. De exploitatie van de lijn gaat direct naar de HSM. Samen met de veerdienst tussen Enkhuizen en Stavoren en de staatslijn Stavoren – Leeuwarden vormt het traject enkele decennia een concurrerende verbinding tussen Amsterdam en Noord-Nederland. Het samengaan van de verschillende spoorwegmaatschappijen en de opening van de Afsluitdijk zorgen ervoor dat de verbinding in de jaren ’30 degradeert tot regionale zijlijn. Het baanvak blijft nog lange tijd enkelsporig en valt buiten de grootschalige elektrificatieplannen. Nadat in de jaren ’60 verschillende plaatsen langs de lijn als groeikern worden aangewezen, is de lijn alsnog geëlektrificeerd, gedeeltelijk verdubbeld en van enkele nieuwe voorstadshaltes voorzien.

Als onderdeel van de derde staatsaanleg is begin jaren ’80 van de 19e eeuw de spoorlijn Zaandam – Enkhuizen aangelegd. In mei 1884 wordt het traject Zaandam – Hoorn in gebruik genomen. In juni 1885 volgt het baanvak Hoorn – Enkhuizen. De exploitatie van het baanvak gaat net als bij de andere spoorlijnen ten noorden van Amsterdam direct naar de HSM. Een jaar na de ingebruikname van de spoorlijn start de veerdienst tussen Enkhuizen en Stavoren. De veerponten worden gefinancierd door de HSM. Terwijl de ponten in Enkhuizen aansluiten op de treinen, laat de aansluiting in Stavoren vooralsnog te wensen over. De staatslijn Stavoren – Leeuwarden wordt na de opening namelijk geëxploiteerd door de concurrerende Staatsspoorwegen. In 1890 gaat de exploitatie van deze verbinding ook over naar de HSM en kan de spoorwegmaatschappij een aantrekkelijke verbinding tussen Amsterdam en Friesland bieden. In de loop der jaren breidt het aantal spoorponten verder uit en worden ook goederenwagons meegenomen.

Door de wegvallende concurrentie op het spoor en de opening van de Afsluitdijk raken de veerponten in de loop van de jaren ’30 overbodig. Na het wegvallen van de goederenponten in 1936 vervalt de enkelsporig gebleven hoofdlijn tussen Zaandam en Enkhuizen al snel tot een regionale zijlijn. De verbinding kent in die tijd nog een groot aantal stations, haltes en stopplaatsen. Als bezuinigingsmaatregel sluit NS tussen 1938 en 1940, met uitzondering van het station van Purmerend, alle stations tussen Zaandam en Hoorn. Tussen Hoorn en Enkhuizen sluit NS alleen station Westwoud. Ook alle haltes en stopplaatsen verdwijnen voor de Tweede Wereldoorlog uit het Spoorboekje.

In de jaren ’60 worden Purmerend en Hoorn aangewezen als groeikern. Beide steden zijn de daaropvolgende decennia aanzienlijk uitgebreid. Diezelfde periode groeien ook de dorpen tussen Hoorn en Enkhuizen langzaam aan elkaar. Als gevolg hiervan groeit het forensenvervoer naar Amsterdam snel. NS opent in de jaren ’70 en ’80 aan de spoorlijn diverse voorstadshaltes. Bij de opening van de halte Purmerend Overwhere in 1971 is het baanvak tussen Purmerend en de nieuwe halte van een tweede spoor voorzien. In 1974 is de complete staatslijn geëlektrificeerd en zijn verschillende emplacementen gesaneerd. Ook vervalt dat jaar de klassieke beveiliging.

Vanaf eind 1982 is ook het baanvak Zaandam – Purmerend dubbelsporig. Een half jaar later volgt het traject Avenhorn – Hoorn. In 1986 volgt de spoorverdubbeling tussen Purmerend Overwhere en Avenhorn. Het baanvak Hoorn – Hoorn Kersenboogerd is tenslotte in 1993 van een tweede spoor voorzien.

Dienstregeling

In de eerste jaren rijden dagelijks zo’n acht treinen tussen Amsterdam en Enkhuizen. De helft van de treinen sluit in Enkhuizen aan op de veerdienst naar Stavoren. De reis tussen Amsterdam en Leeuwarden via Enkhuizen duurt zo’n 3,5 tot 4,5 uur. In het eerste decennium van de 20e eeuw neemt het aantal treinen en aansluitende veerdiensten verder toe. Ook pendelen enkele treinen op gedeeltes van het baanvak.

Vanaf de jaren ’50 rijden de treinen tussen Amsterdam en Enkhuizen in een starre uurdienst. In de jaren ’60 wordt de treindienst aangevuld met een extra uurdienst tussen Amsterdam en Purmerend. In de spits rijden extra treinen tussen Amsterdam en Hoorn en tussen Alkmaar en Enkhuizen.

Na Spoorslag ’70 trekt NS de treindienst Amsterdam – Purmerend door naar Hoorn. In de brede spits rijdt de trein door naar Enkhuizen. Ook rijdt nog altijd een enkele spitstrein tussen Alkmaar en Enkhuizen. Na de elektrificatie van de spoorlijn in 1974 wordt de treindienst Amsterdam – Enkhuizen een volledige halfuursdienst. In de spits rijden bovendien enkele extra stoptreinen tussen Amsterdam en Hoorn. De spitstreinen van en naar Alkmaar verdwijnen. Wel rijdt de laatste trein vanuit Enkhuizen nog jarenlang in het weekend door naar Alkmaar.

In 1986 start NS een nieuwe sneltreindienst tussen Amsterdam en de nieuwe halte Hoorn Kersenboogerd. De treinen rijden alleen in de spits en alleen in de drukste richting. Ze stoppen enkel in Amsterdam Sloterdijk en Hoorn. Een aantal treinen rijdt als stoptrein tussen Hoorn Kersenboogerd en Enkhuizen. In de loop der jaren neemt het aantal spitstreinen dat van en naar Enkhuizen rijdt verder toe.

Om het keren van de treinen op Amsterdam Centraal te vermijden, koppelt NS de de reguliere treindienst naar Enkhuizen vanaf halverwege jaren ’90 aan andere treindiensten. Zo rijden de stoptreinen uit Enkhuizen van mei 1995 tot mei 1998 eenmaal per uur als sneltrein door naar Amersfoort en eenmaal per uur als sneltrein naar Lelystad. Hierna wordt de treindienst gekoppeld aan de stoptreindienst Amsterdam – Almere Buiten.

In december 2003 is de zogenaamde Hemboog gereed en gaat de stoptreindienst Hoofddorp – Hoorn Kersenboogerd van start. De treinen rijden eenmaal per uur en kunnen dan nog niet stoppen in Sloterdijk. De stoptreindienst Enkhuizen – Almere Buiten wordt ingekort tot Amsterdam Centraal. In december 2008 is het perron van de Hemboog bij Amsterdam Sloterdijk gereed en verdubbelt NS de frequentie van de stoptreindienst Hoofddorp – Hoorn Kersenboogerd. De treinen Amsterdam – Enkhuizen rijden voortaan als intercity non-stop tussen Amsterdam Sloterdijk en Hoorn. In Amsterdam is de intercitydienst gekoppeld aan de stoptreindienst Amsterdam – Rotterdam via Gouda. Een jaar later wordt de dienst Amsterdam – Enkhuizen gekoppeld aan de intercitydienst Amersfoort Schothorst – Amsterdam Centraal. Vanaf december 2012 rijden de reguliere treinen niet langer naar Amersfoort Schothorst maar tot Amersfoort. In de brede spits rijden de treinen van en naar Deventer. In december 2016 is de treindienst weer in Amsterdam opgeknipt. Een jaar later rijden de treinen van en naar Eindhoven en Heerlen.

Materieelinzet

Tot 1929 worden alle diensten op het baanvak met stoomtractie gereden. Dat jaar opent in Hoorn een depot voor de nieuwe motorrijtuigen van NS. De rijtuigen die in Hoorn zijn gestationeerd rijden diverse lokaaltreinen in de regio, hieronder valt tot mei 1933 ook een aantal diensten op het baanvak Zaandam – Enkhuizen. Hierna rijdt nog vijf jaar lang op zon- en feestdagen een motorrijtuig een slag Hoorn – Enkhuizen. De overige treinen rijden met stoomtractie.

Wanneer door elektrificatie van de spoorlijnen naar Oost- en Noord-Nederland in 1951 en 1952 het DE 5-materieel op de langeafstandsverbindingen overbodig raakt, schuift een deel van de stellen door naar de verbinding Amsterdam – Enkhuizen. Vanaf 1967 neemt het nieuwe Plan U-materieel een deel van de treinsdiensten over. De Dieselvijven blijven echter nog tot de elektrificatie in 1974 op de verbinding rijden. De laatste jaren zijn de treinstellen vrijwel alleen nog in de spitsdiensten te zien. In 1974 neemt het Materieel ’64 de reguliere treindienst tussen Amsterdam en Enkhuizen over. Het Materieel ’46 vervangt de Dieselvijven in de spitsdienst.

In de spitstreinen tussen Amsterdam en Hoorn Kersenboogerd introduceert NS in 1986 het nieuwe Dubbeldeksmaterieel. Zes jaar later gaan de eerste treinstammen van de tweede generatie dubbeldeksmaterieel in de reguliere treindienst tussen Amsterdam en Enkhuizen rijden. Een aantal spitstreinen wordt begin jaren ’90 gereden met het Materieel ’54. Later gaat ook het DD-AR materieel in een aantal spitstreinen rijden. De eerste generatie dubbeldeksmaterieel gaat in september 2010 terzijde. Vier maanden later komen de rijtuigen voor drie maanden opnieuw in dienst en worden ze onder andere in de spitstreinen tussen Amsterdam en Enkhuizen ingezet. In november 2011 keren de rijtuigen opnieuw terug op de verbinding.

De nieuwe stoptreindienst tussen Hoofddorp en Hoorn Kersenboogerd wordt in eerste instantie uitgevoerd met Plan V-treinstellen. Later verschijnt ook het Stadsgewestelijk Materieel en het DD-AR materieel in de verbinding. Vanaf de zomer van 2011 wordt de treindienst uitgevoerd met het SLT-materieel. Wanneer de treindienst Amsterdam – Enkhuizen in december 2009 wordt gekoppeld aan de intercitydienst Amersfoort Schothorst – Amsterdam wordt het grootste deel van de dienst uitgevoerd met het DD-IRM. Vanaf het najaar van 2011 is een deel van de intercitydiensten overgenomen door het Intercitymaterieel. Van februari tot april 2012 rijdt ook de eerste generatie Dubbeldeksmaterieel korte tijd in deze intercitydienst. In de zomer van 2016 keren de oude Dubbeldeksrijtuigen in vierwagenstammen terug in de spitsdienst tussen Amsterdam en Enkhuizen. Vanaf december dat jaar rijden ze gemengd met het DD-IRM ook de reguliere intercitydienst tussen beide plaatsen. Wanneer de intercity’s vanuit Enkhuizen vanaf december 2017 gaan doorrijden naar Eindhoven en Heerlen, rijden alle reguliere treinen met DD-IRM. De oude Dubbeldeksstammen blijven nog twee jaar actief in de spitsdienst.

Vanaf februari 2019 nemen de SNG-treinstellen de sprinterdienst tussen Leiden en Hoorn Kersenboogerd over van het SLT-materieel.

De HSM neemt in 1896 ook de exploitatie van de veerdienst tussen Enkhuizen en Stavoren over. Drie jaar later zet de vervoerder de eerste stoompont voorzien van twee sporen met plaats voor dertien goederenwagons in. In 1902 wordt wegens groot succes een tweede pont in gebruik genomen en zeven jaar later volgt de derde. Wanneer de spoorwegmaatschappijen in 1917 intensiever gaan samenwerken, worden de goederenponten min of meer overbodig. Het duurt echter nog tot 1936 wanneer de laatste goederenpont buiten gebruik gaat. De veerponten voor passagiers blijven wel varen. Het aantal passagiersschepen van de HSM groeit in 1923 nog van twee naar drie stuks. Maar na de opening van de Afsluitdijk neemt het aantal passagiers snel af. Vanaf 1963 wordt de dienst niet meer voor rekening van NS geëxploiteerd. De boten varen echter tussen april en oktober nog altijd enkele keren per dag, voornamelijk als toeristische attractie.

Net als in andere regio’s zorgen ook tussen Zaandam en Enkhuizen verschillende lokaallijnen en tramverbindingen voor het aansluitende vervoer van en naar de hoofdlijn. Om de dorpen ten zuiden van de spoorlijn Hoorn – Enkhuizen te bedienen, neemt de Spoorweg-Maatschappij De Zuider Kogge nagenoeg parallel aan de spoorlijn in 1913 een normaalsporige stoomtramlijn tussen de stations Hoorn en Bovenkarspel-Grootebroek in gebruik. Net als op het spoor zorgt de HSM voor de exploitatie. Hierdoor kunnen bijvoorbeeld goederenwagons eenvoudig uitgewisseld worden. Acht jaar na de opening later gaat de lijn officieel over naar NS en rijden de trams vanaf Bovenkarspel over de spoorlijn door naar Enkhuizen. Vanaf 1933 zet NS verschillende types motorrijtuigen op de verbinding in. Ondanks de vereenvoudigde exploitatie is de tramlijn eind 1935 gesloten en opgebroken.

Op de foto boven dit artikel: van 1967 tot 1974 maken de Plan U-treinstellen de dienst uit in Hoorn. In de zomer van 2022 is museumstel 151 van de 2454 Crew opnieuw enkele dagen te gast in de stad. Op 20 augustus 2022 rangeert het treinstel op het emplacement van de SHM voor een korte rit naar Wognum. Op de terugweg rijdt het stel onder andere, net als vroeger, naar Amsterdam.